De Tour komt er weer aan

Ook dit jaar is er, net als in de vorige editie van la grande boucle, slechts een torenhoge favoriet, de Amerikaan Lance Armstrong. Bij afwezigheid van Jan Ullrich is het nog maar de vraag wie de soepel pedalerende Texaan kan weerhouden van zijn vierde overwinning in het eindklassement. Wederom is zijn voorbereiding optimaal, heeft hij een goede, steunende ploeg om zich heen verzameld, en kent hij het parcours weer als zijn broekzak. De enige vorm van bedreiging, behalve zichzelf, lijkt dit jaar uit twee kampen te komen. Enkele Spanjaarden, zoals Joseba Beloki, en een andere Amerikaan, Levi Leipheimer, lijken zich te gaan bemoeien om de titel best of the rest.
Natuurlijk staat niets van te voren vast, maar er zullen maar weinig mensen zijn die in de wedkantoren de gok zullen wagen om tegen Armstrong te wedden.

De grootste concurrent voor Lance had immers ruim van te voren aangegeven dat hij niet zou meedoen met de Tour, en bij Ullrich is nu ook al doping aangetroffen, dus de kans lijkt groot dat het talent van weleer nooit meer de oude zal zijn. De wisseling van de wacht die werd ingezet toen Indurain zijn vijfde Tour won, leek een spannende tijd op te leveren, maar de winnaars voor Armstrong hebben niet kunnen bewijzen consequent mee te kunnen. Riis was al op zijn top toen hij won, en moest door een betere Ullrich geholpen worden. Pantani werd het slachtoffer van zijn eigen roem, en Der Jann lijkt ook ten onder te gaan aan zijn eigen winterse gedrag, en de druk van het favoriet zijn.

Misschien dat niet het duel om de gele trui voor de meeste spanning gaat zorgen, maar de trui om het bergklassement, of de groene trui. Vorig jaar leek het erop dat Eric Zabel voor het eerst in tijden eens echte concurrentie zou krijgen om de groene trui, maar uiteindelijk bleek Zabel nog wel de beste te zijn. Al was het een stuk moeizamer dan in voorgaande jaren. De bergkoning is tot vooralsnog de trui waar de meeste kanshebbers zich voor lijken te verdringen. Diverse Spanjaarden, een Amerikaan, een Est, en wat outsiders maken goede kans op de titel bergkoning 2002.

In ieder geval gloort er voor de Nederlanders weer hoop aan de horizon. Erik Dekker is lang geblesseerd geweest, en het is natuurlijk de vraag of hij in goeden doen is, maar sinds zijn drieslag twee jaar geleden, en zijn wereldbeker vorig jaar zijn alle ogen toch op hem gericht.
Voor Michael Boogerd is deze Tour eens niet volledig op het klassement gericht, daar heeft de Raboploeg tenslotte een Amerikaan voor in de schijnwerpers gezet. Misschien dat de wat verminderde druk Boogerd weer eens ouderwetse blufferige vleugels gaat geven, zodat hij voor het eerst sinds zijn debuut weer eens een ritzege kan pakken.
Ook Knaven (oud winnaar Parijs – Roubaix), en Leon van Bon hebben de mogelijkheden om een rit te winnen. Het moet alleen weer eens een keer meezitten voor de Nederlanders.

Dit jaar zullen de renners zeven bergetappes moeten rijden, en drie ritten tegen de klok, enkele sprintetappes, en wat verplaatsingsetappes verder, en de renners kunnen aan het defile op de Champs d’elysee beginnen. Ondanks het feit dat er bijna geen concurrentie is voor Lance Armstrong, kijk ik toch weer uit naar drie weken lang fiets plezier door het Franse land.

Dat het maar een mooie Tour mag worden!