Partij voor de Dieren verliest Kamerlid

Tweede Kamerlid Femke Merel van Kooten heeft de PvdD-fractie verlaten uit onvrede met de partijkoers. Ze gaat door als onafhankelijk Kamerlid, en geeft haar zetel dus niet terug, aldus Van Kooten in een bericht op Facebook.

"In de strijd voor een leefbare aarde voor toekomstige generaties mogen de mensen die nú leven niet vergeten worden", zo vat het Kamerlid haar motivatie samen.

Daarmee bedoelt ze dat de PvdD volgens haar de zogenoemde stemlozen vergeet. Bij de oprichting van de partij in 2002 waren dat de dieren, maar volgens Van Kooten moet de missie van de partij breder zijn en moet deze ook mensen aanspreken wiens stem niet wordt gehoord.

Die mensen vinden volgens het Kamerlid weliswaar hun weg naar de PvdD, maar deze groep zou niet voldoende worden erkend. "Ik wil dat kiezers na deze termijn over mij zeggen: zij is voor ons opgekomen, zij was onze kostbare stem waard", schrijft Van Kooten. De Partij voor de Dieren zou volgens haar een "partij van mededogen" moeten zijn, "die opkomt voor kwetsbare waarden, voor mens en dier". Maar dat idee zou amper weerklank hebben gevonden in de rest van de fractie.

Met het vertrek van Van Kooten staat de Partij voor de Dieren nu op vier zetels. Dat is nog steeds een verdubbeling van het aantal waarmee de partij sinds 2006 in het parlement zat. Bij de verkiezingen van 2017 steeg het zetelaantal van twee naar vijf.

Die stijging zou goeddeels toe te schrijven zijn aan stemmers die zich bij andere partijen niet gehoord voelen, zo is tussen de regels uit Van Kootens woorden af te leiden. De implicatie is dat de partij volgens haar ook aan die stemmers tegemoet had moeten komen.

Het moederschap heeft Van Kootens besluit overigens ook sterk beïnvloed, laat ze weten. De PvdD zegt "onaangenaam verrast" te zijn, met name vanwege het niet teruggeven van de Kamerzetel, en geeft vooralsnog geen verder commentaar.

Partij voor de Dieren verliest Kamerlid