Ori and the Blind Forest: Definitive Edition (Switch)

De samenwerking tussen Microsoft en Nintendo pakt goed uit. Ja, Banjo in Smash Bros. was leuk, maar ik heb het vooral over de Xbox-games die naar de Switch worden geport. In april mochten Switch-eigenaren al van Cuphead genieten en nu is er de volgende indietopper: Ori and the Blind Forest.

Ori kwam in 2015 uit voor Xbox One en pc. De game wist gelijk grote indruk te maken en kreeg een jaartje later een 'definitive edition', die een aantal gebieden en verbeteringen toevoegde. Dat is ook de versie die nu op de Switch is uitgekomen. Volgend jaar komt eindelijk de sequel; Ori and the Will of the Wisp.

Laten we voor de mensen die deze game niet kennen bij het begin beginnen. Ori is een mix van 2D platformer en Metroidvania. Daar valt bij weinig mensen de bek van open, er zijn immers tig indies die op die manier beschreven kunnen worden. Echter, deze game onderscheidt zich net als bijvoorbeeld Hollow Knight en Axiom Verge van de massa dankzij een unieke stijl en goede spelmechanieken.

In deze game speel je als de al vaak benoemde Ori, een witte bosgeest die na een heftige storm gescheiden raakt van de heilige boom waar hij thuishoort. Door gebeurtenissen die later in de game worden uitgelegd sterven de boom en het bos eromheen uit. Ori besluit om de balans te herstellen en hopelijk de boom terug tot leven te brengen. Kuro, een reusachtige donkere uil, moet niets van Ori of de boom hebben en doet er alles aan om hem te stoppen. Het is geen verhaal met veel dialogen of uitgediepte personages, maar het wist alsnog wel een gevoelig snaartje te raken.

Qua gameplay legt Ori meer dan de gemiddelde Metroidvania-game de nadruk op platformen. Ori beweegt een beetje als een sierlijke acrobaat, hij begint bijvoorbeeld tijdens een sprong te spinnen en al zijn moves ogen vloeiend. De game daagt je constant uit om over meerdere uitdagende obstakels te manoeuvreren aan de hand van sprongen en walljumps. De upgrades die je tijdens de game verdient bestaan veelal uit nieuwe trucs die de platform-mogelijkheden verder uitbreiden. Je kunt bijvoorbeeld op een gegeven moment Ori midden in de lucht van speciale lampen en vijanden opnieuw lanceren. De controls zijn soepel genoeg om dit alles goed te faciliteren. Er zijn stiekem heel weinig Metroidvania games die ook als platformer echt goed fungeren, dus dat maakt Ori al uniek.

De focus op platformen lijkt wel ten koste te zijn gegaan van de combat. Vechten in Ori is namelijk niet echt leuk. Over het algemeen vecht je niet eens met Ori, maar met Sein. Dit is een kleine blauwe bol die de hele game bij je is en je vaak van advies voorziet. Met een druk op de knop kun je Sein kogels laten schieten die automatisch vijanden achtervolgen. Ondertussen probeer je met Ori de aanvallen van de vijanden te ontwijken. Dit systeem werkt niet goed omdat het veel te simplistisch is en je totaal geen feedback voelt. Het was meestal een betere optie om de vijanden gewoon te negeren of aan de hand van sprongen te ontwijken.

Het vechten is mijn inziens het enige grote minpunt van Ori, want voor de rest is de game top. De grafische stijl bijvoorbeeld is heel mooi. Een bos-achtig omgeving is vrij stereotiep voor games, maar dit spel weet het toch van veel charme te voorzien dankzij de handgeverfde graphics. De game heeft een aantrekkelijk sprookjesachtig uiterlijk dat tot de verbeelding spreekt. De orkestrale soundtrack is nog beter. Jaren na de release van de game luisterde ik nog vaak naar de prachtige muziek in deze game. De Switch-versie van Ori is overigens foutloos. Zowel op tv- als handheld-modus heb ik deze port op geen foutje kunnen betrappen.

De kwalitatieve ontwikkeling van indiegames gaat hard en de lat wordt steeds hoger gelegd. Daarom was ik een beetje bang dat Ori and the Blind Forest in 2019 een iets mindere game zou zijn, maar mijn goede impressie van de game is na het herspelen onveranderd. Dit is nog steeds een indietopper die hoog aangeschreven moet blijven staan in het Metroidvania-genre. De Switch-port is daarbij technisch perfect en dient ook als goede opmaat voor de aankomende sequel.