World in Conflict
In de multiplayer variant van de game komen deze control points ook weer terug als objecten waar de strijd om zal draaien. De multiplayer speelt iets anders dan de singleplayer, hier wordt namelijk een van vier beschikbare rollen aangenomen: die van infantry, air, armour of support. Elke rol heeft zijn/haar eigen unieke units, en is het in principe de bedoeling dat je als air-commandant ook echt het luchtruim veilig maakt. Het is wel mogelijk om bijvoorbeeld ook tanks te kopen, alleen zijn deze een stuk duurder dan dat ze zijn voor de armour-commandant. Je wordt dus aangemoedigd om in teamverband te spelen, wat geweldig werkt als de andere spelers in het team ook sociaal zijn. Het wordt online wel een stuk lastiger als het team uit allemaal egoisten bestaat, maar die kans blijft nu eenmaal altijd aanwezig. Zoals gezegd draait het in de multiplayer ook om de control points, afhankelijk van de spelmodus wordt bepaald hoe hierom gevochten gaat worden. Zo is het in de Assault mode de bedoeling dat er punt-voor-punt gevochten wordt, er is dus telkens maar een punt waar de gevechtslinie is. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Domination mode waar de opdracht wat klassieker is: verover zoveel mogelijk controle punten. Voor de liefhebbers van slechterikken: in de multiplayer is het wel mogelijk om als de USSR te spelen.
Naast de gameplay die goed in elkaar zit, heeft het spel ook prachtige graphics en sfeer. Het feit dat de meeste cut-scenes in-game zijn is al een bewijs van de prachtige graphics, maar ook in het spel zelf valt het oog voor detail op. De realistische bossen, de kerstverlichting in sommige dorpen, de reflecties in het water, de schaduw die de wolken werpen op het landschap (wat trouwens een DirectX 10 unieke optie is, samen met de soft particles en zonnestralen) en het detail in de uniformen van de infanterie. Dit alles valt ook nog eens extra op, omdat er ver ingezoomd kan worden, zo ver dat het lijkt alsof je je tussen de infanterie bevindt. Alle kleine grafische foefjes zitten er dus in, wat ervoor zorgt dat de game op gelijk niveau staat met Company of Heroes op het gebied van schoonheid, zo niet nog net een stapje verder. Ook het geluid is goed in orde, de voice-acting klinkt realistisch (Alec Baldwin is de verteller van het singleplayer verhaal), en ook hier kloppen de details weer. Een explosie doet (in combinatie met een flinke subwoofer) je kamer echt trillen, het geluid van een voorbijrollende tank klinkt onheilspellend zoals het ook zou moeten en bij het verwoeste landschap na een nuke laat een geigerteller van zich horen.