OM seponeert aangifte CIDI tegen Students for Palestine

Het Openbaar Ministerie (OM) in Den Haag heeft een aangifte van het CIDI, het Centrum Informatie en Documentatie Israël, geseponeerd. Volgens het CIDI zou de actiegroep Students for Palestine via een flyer studenten hebben aangezet tot terroristisch geweld. Het OM heeft de zaak onderzocht en concludeert dat er geen sprake is van opruiing.

De aangifte heeft betrekking op een flyer van Students for Palestine die tussen 7 oktober 2023 en 8 januari 2024 verspreid is onder studenten op de Universiteit Leiden. Op de flyer werd de aanval van Hamas van 7 oktober 2023 in Israël, waarbij honderden burgers zijn gedood en gegijzeld, een "astonishing response" en "exemplary resistance" genoemd. Volgens het OM worden hiermee terreurdaden van Hamas verheerlijkt.

Verheerlijking van terrorisme roept zonder meer verontwaardiging op, maar is niet strafbaar in Nederland. Dat wordt pas anders, als daarbij ook wordt aangespoord om strafbare feiten te plegen. In dat geval is sprake van opruiing.

'Continue fighting'
Volgens het CIDI werd met de flyer ook opgeruid. Daarvoor wordt verwezen naar de tekst: "we have a moral imperative to support and defend this resistance and to continue fighting for an end to Israeli Apartheid, the occupation, and Western complicity." Daarbij legt het CIDI de nadruk op de woorden "and to continue fighting".

Anders dan het CIDI vindt het OM dat deze uiting, in samenhang met andere woorden op de flyer, niet begrepen kan worden als een aansporing om de terreurdaden van Hamas voort te zetten. De flyer was gericht tot Leidse studenten en riep in de kern op tot protest tegen Israël. Hieruit volgt geen aansporing van Leidse studenten om terreurdaden te plegen in Israël of een oproep tot andere strafbare feiten. Daarom komt het OM tot de conclusie dat de flyer wel terreurdaden verheerlijkt, maar geen opruiing oplevert zoals dat in het Wetboek van Strafrecht wordt omschreven.

'From the river to the sea (...)'
Op de flyer stonden ook nog dertien leuzen, die tijdens protestacties gebruikt konden worden. Eén daarvan was: "from the river to the sea, Palestine will be free". Volgens de aangifte wordt hiermee opgeruid tot een gewelddadig eind van de staat Israël. De leus "from the river to the sea, Palestine will be free" is al in 2022 door het OM beoordeeld en toen niet strafbaar bevonden. Sinds 7 oktober 2023 is de context waarin deze leus gebruikt wordt, veranderd. Ten eerste is de wereld geschokt door de terreuraanval van Hamas. Ten tweede is er internationale kritiek op de wijze waarop Israël op deze aanval heeft gereageerd en militair optreedt in de Palestijnse Gebieden. Het OM heeft het gebruik van de leus op de flyer in deze nieuwe context beoordeeld.

De kernboodschap van de flyer was de oproep aan Leidse studenten tot protest tegen Israël. Andere teksten en leuzen op de flyer richtten zich specifiek tegen de bezetting van Palestijns gebied en het recente Israëlische militaire optreden in Gaza en Jenin. In samenhang met deze andere woorden op de flyer moet de leus "from the river to the sea, Palestine will be free" naar het oordeel van het OM worden begrepen als een protestleus. Een protestleus waarmee uitdrukking werd gegeven aan de wens van een vrij Palestina en afkeuring van Israëlisch optreden in Palestijns gebied. Daaruit volgt volgens het OM geen aansporing tot geweld of enig ander strafbaar feit. Daarom is de leus, in samenhang met andere uitlatingen op deze flyer, onder deze omstandigheden niet strafbaar.

Strafbaarheid per geval beoordelen
Of bewoordingen, zoals deze leus, strafbaar zijn, hangt altijd af van de feitelijke omstandigheden waaronder ze gedaan worden. Daarom moeten ze van geval tot geval worden bekeken. Het gaat erom hoe de woorden zijn bedoeld en hoe het beoogde publiek die moet hebben begrepen. Daarvoor moeten de woorden beoordeeld worden in samenhang met andere bewoordingen die in dezelfde uitlating (in dit geval de flyer) zijn gedaan en in bredere context worden bezien. Om die reden kunnen dezelfde woorden in het ene geval wel strafbaar zijn als opruiing en in het ander geval niet.

In dit geval heeft het OM geoordeeld dat er onvoldoende aanknopingspunten zijn om de zaak aan de strafrechter voor te leggen. In een andere context of bij een andere woordkeuze kan het OM beslissen om de leus "from the river to the sea" wel aan de strafrechter voor te leggen. Met een rechterlijke uitspraak kan meer en breder aan rechtsvorming worden gedaan.

Klacht bij gerechtshof
Voor het CIDI staat de mogelijkheid open om tegen deze beslissing een klacht in te dienen bij het gerechtshof op grond van artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering. Als het gerechtshof tot een ander oordeel komt dan het OM, kan het alsnog opdracht geven om vervolging in te stellen.