Tong's tourcolumn #8

De tijd van knoestige ouwe rennerskoppen ligt al weer jaren achter ons. Gerrit Schulte, Wim van Est, Joop Zoetemelk of Freddy Maertens oogden op hun 25ste al als veteranen aan de finish van Parijs Roubaix. Het washandje over hun verstofte gezichten. Adem happend in het luchtledige. Schoorvoetend kwam eerst Didi Thurau, die het stokje doorgaf aan Urs Freuler die de sprint aantrok voor mooie Mario Cippolini. Armstrong had ook een glad gesoigneerd gezicht. De mooi-boys werden schering en inslag.

Schoonheid komt met de jaren. De schoonheid was altijd al tastbaar bij de oudere jongeren in het peloton. Tegenwoordig zijn de puistjes net uitgeknepen of ze debuteren in een grote ronde. Bardet en Bernal waren als broekies gestart al favorieten. Laurens Plus en Kemna zijn onderweg aangesloten. Daar waar vandaag Gaudu zich voor het eerst echt liet zien. 22 is het nieuwe 32. Armstrong werd op zijn 21ste wereldkampioen. Een uniek talent als voorloper voor de huidige generatie. De ritwinnaar, één van de Yates broers, is ook pas 26 en lijkt al een wielergeneratie mee te rijden. Wout van Aert en Mathieu van der Poel waren als snotneus al wereldkampioen veldrijden. Er waait een frisse wind door het oude mannen bastion. En Mart kan het niet meer bijbenen.