Concert: Claw Boys Claw in Tivoli

Het was een druiligere avond, die van 7 maart jongstleden, de schemering was vervangen door de donkere avond en de straten van de Oude Gracht waren nat en glibberig. Richting de Utrechtse poptempel Tivoli stonden weerszijden van de straat bezaaid met fietsen. Portieken, relingen van hekken en parkeerplaatsen waren volgestouwd met tweewielers. Nu is dat eigenlijk altijd zo als er een redelijk populaire band speelt, maar nu waren ze anders. Legio fietsen bevatten namelijk een felgekleurd kinderzitje.


Bij binnenkomst in Tivoli bleken de eigenaren van deze fietsen zich verzameld te hebben in de muziekzaal. Afgeladen vol was het, volledig uitverkocht door veelal late dertigers en veertigers. Men was er voor een speciale reden: Claw Boys Claw, Neerlands indiehoop in de jaren tachtig en negentig. De decennia waarin de band zijn hoogtepunten kende. Maar...ze zijn terug! Nog steeds onder bezielende leiding van Peter te Bos. Onlangs releaste de band hun laatste kindje, Pajama Day. Een dijk van een plaat die raakvlakken laat horen met The Tindersticks, Morphine, Nick Cave en The Devastations. Donker, melancholisch en traag. Na elf lange jaren is de band terug, ook op het podium.

Rond 21.30 betrad Claw Boys Claw het podium, in het midden de indrukwekkende gestalte van zanger Peter te Bos. Gewapend met een grote grimas gaat de band terug naar het vorige millennium, openers 'Pretty' en 'On The Run' worden met gejuich ontvangen, maar de avond begon redelijk rustig. Even na 'Bones' en 'Weatherman' vergiste de band zich even in de volgorde. Een oproep van Te Bos voor een nieuwe track 'I Am Sea' werd niet opgevolgd. Die ingetogen melancholiek verspreidde zich nu vijf minuten later door de zaal. Vanaf dat moment werd de zaal en het podium één. Te Bos trok de meters snoer van zijn microfoon naar zich toe en zette de oude hit 'Rosie' in. Hij stapte het podium af en liep rechtdoor de zaal in. Het snoer werd boven de hoofden van het publiek getild en de boomlange zanger liet zijn indringende blik over de menigte glijden.


Het zwaartepunt van Pajama Day lag ergens halverwege de set en nieuwe heerlijkheden als 'Halibut', 'Toscamoon', 'Lava', 'Sleepwalking', 'Rock Me Girl' en 'Yellow Car' dreven voorbij. Vervolgens bouwden de heren via ouder materiaal naar een apotheose. Te Bos greep tussendoor tijdens 'Bite The Dice' nog naar de torenhoge stapel lege glazen van degene die ze aan het ophalen was en smeet ze hardhandig het publiek in. "Glazen ophalen doen we aan het einde van de avond" schreeuwde hij het publiek toe. Direct kreeg de band een aantal (half)lege glazen naar zich toe geslingerd. Men trok zich er niks van aan en speelde stoïcijns door. Te Bos gekluisterd aan zijn mic, gitarist Cameron op het laatste stukje vierkante meter van het podium, drummer Lamb al beukend op zijn snares en bassist Bruystens al schuivend over de planken. 'Superkid' werd lustig meegeschreeuwd door de veertigers in de zaal, en sommigen konden de bewegingen na alle rode wijntjes iets minder goed onder controle houden. De toegift zorgde voor een nog losser publiek, de covers 'Locomotive Breath' en The Stooges' 'I Wanna Be Your Dog' werden met gepaste rauwheid geserveerd aan een uitermate tevreden publiek. Een goede avond voor de zaal, de band en alle pubers die thuis op de kinders van de halfdronken veertigers aan het passen waren.


Locatie: Tivoli Oude Gracht Datum: 7 maart 2008 Waardering: