Killing Floor

Zombies afmaken is populairder dan ooit. Als schoolvoorbeeld is er Left 4 Dead, een game die vorig jaar vier mensen samenbracht in een strijd tegen een onuitputtelijke horde zombies. Killing Floor speel je samen met zes man, heeft meer wapens en meer type vijanden. Maar meer is natuurlijk niet altijd beter.

In Killing Floor maak je deel uit van een team van zes. Het terrein waar je gedumpt wordt is redelijk groot en je moet samen een aantal waves van zombies zien te overleven. Het begint redelijk simpel, maar de zombie-aantallen worden steeds hoger en de sterkere vijandtypes komen ook veel meer tevoorschijn. In het begin vecht je tegen de standaard huis-, tuin- en keukenzombie, maar dit wordt snel uitgebreid naar dikke kotsende zombies, steroïdengebruikers met kettingzagen, schreeuwende krengen, zwaardhakkende zondaars, sluiperige spinnen, onzichtbare mevrouwtjes en een hele boze man met een grote boor. Tegen sommige vijanden werken sommige wapens beter en aangezien je maar een beperkt aantal wapens kan dragen is een beetje teamplay wel handig tegen de grote hordes.


De wapens zijn dan ook de echte helden van de game. Aan het einde van elke wave heb je even een minuutje rust en verschijnt de wapenhandelaar ergens op de kaart. Elke afgeknalde zombie is geld waard en daarmee is een grote selectie pistolen, machinegeweren, shotguns en het betere slag- en snijwerk te koop. Door de waves heen verdien je steeds meer geld totdat je uiteindelijk genoeg geld hebt voor het zwaardere werk, een vlammenwerper of raketlanceerder. Die laatste komt vooral van pas bij de laatste wave, waarbij je een hele grote overpowered eindbaas met minigun en raketwerper bevechten moet. De gunplay is waarschijnlijk het beste aan de game, alle wapens voelen lekker aan en het onthoofden van zombies is een waar plezier. Net zoals de vorige game van Tripwire (Red Orchestra) heeft de game geen mooi kruisje in het midden van het scherm maar moet je iron-sights gebruiken om te mikken. Al met al geeft dat de game een redelijk hardcore-gevoel.

Sommige van jullie zal het misschien opvallen dat de game niet echt nieuw is. Dat klopt, de game verscheen een half jaar geleden al op Steam. Het werd een succes en daarom komt er nu dan ook een retail-release. Het extraatje hierbij zijn vier skins, die los wel een whopping 1,80 kosten. De game is dan ook slechts een euro of 20.

Als laatste zijn er nog perks te verdienen, die je meeneemt naar al je volgende potjes. Er zijn zes perks waarvan je er steeds één kan activeren: meer schade op bepaalde vijanden, goedkopere wapens, meer schade met bepaalde wapens etc. Je verdient deze perks door bepaalde activiteiten uit te voeren: headshot zoveel van één type vijand, heal zoveel teammates. Het geeft net een beetje die extra push om door te blijven spelen, zoals levellen vaak dat effect heeft.

Maar blijft het lang leuk? Een potje gaat als volgt: je wordt op een map gedumpt, zoekt een mooi plekje uit, je schiet zombies neer. Je verplaatst je naar de wapenhandelaar (soms al tijdens een wave) vindt een nieuwe plek om je te verdedigen totdat je de laatste wave hebt uitgespeeld, waarna je de de baas hebt. Die versla je (of meestal niet, maar ik geef mijn teams de schuld). Daarna doe je het nog eens totdat je alle maps hebt gehad of alle perks hebt geupgrade of de game gewoon zat bent. De game wordt wel een beetje repetitief na een tijdje. In tegenstelling tot Left 4 Dead zou ik je geen verhaal kunnen vertellen over hoe we net een potje gehaald hebben. Daarentegen zijn de potjes wel altijd intens: de zombies zijn sterk en ze komen met velen.