Jongeren zijn bang op straat
Driekwart van de Haagse jongeren voelt zich ‘s avonds onveilig op straat. Met name in het centrum, bij de NS-stations en bij pinautomaten. Dat blijkt uit de stadsenquête 2001 die in opdracht van het gemeentebestuur is uitgevoerd door WBK Marktonderzoek.
Van de ondervraagde jongeren geeft twintig procent aan zich óók overdag niet veilig op straat te voelen. Ongeveer eenderde van deze jongeren heeft de afgelopen twee jaar een incident meegemaakt. Als oplossing noemen de jongeren meer politie op straat. Ook meer cameratoezicht, meer hangplekken, strenger optreden en goede voorlichting op school worden genoemd.
De uitkomsten van de enquête dienen als basis voor nieuwe bestuurlijke maatregelen. "De gevoelens van onveiligheid krijgen daarbij zeker de aandacht", aldus burgemeester Deetman.
Uit de tweejaarlijkse enquête komen meer opmerkelijke gegevens naar voren. Zo geeft een op de vijf Hagenaars (19%) aan het afgelopen jaar bezuinigd te hebben op eten en kleding. Ook het wachten met betalen van telefoon- of elektriciteitsnota komt vaak voor. Ten opzichte van vorig jaar hebben evenwel minder mensen bezuinigd op de primaire levensbehoeften. In 2000 gaf een kwart op te bezuinigen op voedsel en kleding.
Het onderhoud van wegen en het werk van de parkeercontroleurs krijgen weinig waardering. De vuilophaaldienst wordt daarentegen wel hoog gewaardeerd. Het internetgebruik stijgt nog steeds. Vorig jaar zei 57 procent toegang tot internet te hebben, dit jaar is dat 64 procent.
Van de mensen die bij de gemeente een klacht hebben ingediend is bijna de helft ontevreden. Vooral de snelheid van beantwoording leidt tot ergernis. Over de gemeentelijke dienstverlening in het algemeen oordeelt de Hagenaar positief. Twee jaar geleden kreeg de gemeente het rapportcijfer 7,1; dit jaar is dat 7,2.
