Jaarlijkse Mugshot

Ik heb me drie weken niet gedoucht. Mijn aquarium is dekselloos. Er branden lampen die zo fel zijn dat ik een telefoontje kreeg vanuit het ISS: de ruimtemannen daar herkenden mijn huis. Ik heb zo'n binnenfonteintje op de keukentafel gezet. In een omtrek van vier kilometer heb ik alle lavendel en citroengeurplantjes tot de laatste nerf vernietigd. Ik ben gisteren in een overvolle trein gestapt en heb de adem van iedere treinreiziger opgevangen. Die laat ik nu scheetje voor scheetje los in mijn kamer. Ik heb een tropisch regenwoud met regeninstallatie opgezet. Ja, ik doe er op dit moment alles aan om de muggen ín mijn kamer te krijgen.

Eén keer per jaar moet ik mijn negatieve energie kwijt in een column over muggen. Eén keer per jaar schrijf ik al mijn opgekropte frustraties, irritaties, ergernissen en haatgevoelens van me af in een column over muggen. Of eigenlijk, in een column tegen muggen. Ik geef de muggen de schuld van al het kwaad, van niet werkende OV-chipkaart tot de meest walgelijke moordpartijen. Zo ga ik 364 dagen en 23 uur per jaar fluitend door het leven en ben ik nog minder agressief dan Garfield met een joint na vijf kilo lasagne. Als ik één uurtje per jaar bezig ben muggen virtueel te deporteren, dan ben ik de rest van het jaar relaxter dan de zorgverkzeraar van Amy Winehouse nu is.

Maar dan moeten er wel muggen komen nu. Ik doe er alles aan om ze te lokken. Ik heb zojuist wat bloed afgetapt. Een slangetje loopt van mijn hals via een oud aquariumpompje naar een schaaltje naast me. Mes, vork en bloemstukje erbij. Servetje. Daarom kan het zijn dat je wat onzrvluldighede in minn column vindt. Veol me beeje slap nui.

Twee biefstukken, ambulancebezoekje, geannuleerde rouwkaarten en een donorzakje bloed later…

Nee, die muggen moeten nu wel komen. Een mug die hier komt, voelt zich als een god uit Frankrijk. Uit Frankrijk, ja. Je denkt toch zeker niet dat een god zich in Frankrijk als een god in Frankrijk zal voelen. Een god in zijn eigen hemel, ingericht zoals hij het wil en zonder Fransen, dat is een god als een god in Frankrijk. Eén keer is Hij, verkleed als een vrouw, in Frankrijk geweest. Lourdes was niet bepaald de Playboy Mansion en daarom zal de Heilige Philishaveloze zich niet meer in Frankrijk vertonen.

Waar blijven ze nu? Ik hoor iets zoemen. Het is het bloedpompje, hoewel dat niet meer op mijn hals is aangesloten. Ergens heb ik gelezen dat muggen op koolmonoxide afkomen. Ze speuren mensen, zoogdieren en dus bloed op door middel van adem. Dus ik ben net even naar het uitlaatveldje in het park hierachter gegaan. Ik heb nu vijf kwijlende, hijgende Rottweilers naast me staan. Dat ging bijna fout toen ik daarnet biefstukken uit de koelkast haalde, maar gooi een rubberen kip door de kamer en ze zijn wel even bezig. Nu is de kip slechts een herinnering, net als mijn allereerste teddybeerkonijn, overigens (snik).

Met Spike kwijlend op mijn been, Hulk rijdend aan mijn been, Hector snuffelend aan de schaal bloed onder me en Brutus en Nero snuffelend aan elkaars achterwerk achter me tuur ik door het beslagen raam. Ik veeg mijn damp weg, tuur even naar de mannen in het ISS en zoek wanhopig als een vergeten goudvis op het aanrecht naar muggen. Kom nou, dames. Kom nou! Voor mij en voor de wereldvrede, kom ontbijten bij Chez Arnohari. Steek me! Dan kan ik gaan schrijven.

Inderdaad, ik moet wel het raam openzetten.