Niet-westerse sollicitant moet extra brieven schrijven voor positieve reactie

De kans dat een kandidaat een sollicitatiegesprek krijgt, hangt af van zijn of haar etnische achtergrond. Niet-westerse banenzoekers moeten meer brieven schrijven voordat ze een positieve reactie krijgen, zo blijkt uit onderzoek waar de Universiteit van Amsterdam (UvA) aan meewerkte.

Bram Lancee, Hoofddocent Sociologie aan de UvA, voerde de analyse uit. Dat deed hij samen met Lex Thijssen en Marcel Coenders van de Universiteit Utrecht.

De onderzoekers verstuurden ruim 4000 brieven en CV's, binnen tien verschillende beroepsgroepen. Per groep waren de brieven en CV's identiek, alleen de naam van de sollicitant verschilde.

"Elk bedrijf kreeg maar één brief, zodat we niet het risico liepen dat werknemers iets door zouden hebben. Al snel merkten we dat er een verschil was in reacties", vertelt Lancee.

35 etnische groepen
De brieven werden ondertekend met namen die veel voorkomen in bepaalde etnische groepen. In totaal zijn er 35 groepen meegenomen in het onderzoek. "Dus we hebben niet alleen gekeken naar mensen met een Turkse of Marokkaanse achtergrond. We wilden een grootschaliger onderzoek doen naar discriminatie op de arbeidsmarkt."

Uiteindelijk bleken mensen met een autochtone achtergrond gemiddeld 2,2 brieven te moeten schrijven voordat ze een positieve reactie kregen. Voor Bulgaren ging dat bijvoorbeeld om 2,9 brieven; waar Turkse en Marokkaanse sollicitanten respectievelijk 3,2 en 3,3 keer een brief moesten sturen.

Surinamers en Spanjaarden
De onderzoekers verstuurden niet per etniciteit evenveel sollicitaties, vandaar dat de marge bij Nederlanders met een Surinaamse en Antilliaanse achtergrond wat groter is. Sollicitanten met een Surinaamse achtergrond zitten tussen de 2,8 en 3,9 brieven en Antilliaanse tussen de 3,7 en 6,9.

Over het algemeen kregen mensen met een niet-westerse achtergrond minder vaak een uitnodiging voor een gesprek. Zelfs als er extra vaardigheden aan hun CV werden toegevoegd. Maar ook binnen de westerse wereld waren er verschillen zichtbaar, zo werden Spanjaarden en Italianen vaker benadeeld.

Economische voorspoed
Toch lijken alle kandidaten vrij snel een sollicitatiegesprek te krijgen: in meerdere gevallen al na twee of drie brieven. Lancee werpt tegen: "Het betekent wel dat iemand met een niet-Westerse achtergrond 40 procent minder kansen heeft en altijd extra zijn of haar best moet doen. Dat is bijzonder onrechtvaardig en kan ook traumatisch zijn."

Bovendien is het onderzoek de afgelopen twee jaar verricht, benadrukt hij. "Een tijd van economische voorspoed. Werkgevers nemen bij hoogconjunctuur in principe "iedereen" aan, dan zijn er ook minder brieven nodig. In tijden van crisis maken ze daarentegen andere keuzes."

Discriminatie tegengaan
Niet-westerse kandidaten zouden dan nóg moeilijker aan de bak komen. Maar is daar dan niks tegen te doen? "Dat wil ik bekijken in mijn vervolgonderzoek. Daarbij ga ik kijken welke elementen bijdragen aan discriminatie."

Lancee heeft zelf ook al wat ideeën over methoden om discriminatie op de arbeidsmarkt tegen te gaan. Zo zou het volgens hem helpen als bedrijven expliciet een lijst opstellen met benodigde vaardigheden en zich daaraan houden.

Een ander idee is om het selecteren van kandidaten in teamverband te laten plaatsvinden. "Daar zitten wel haken en ogen aan, zo kun je met intolerante mensen zitten." Bovendien is er op het gebied van bewustwording nog genoeg te winnen, denkt Lancee. "Mensen hebben niet altijd door dat ze een keuze maken op basis van vooroordelen. Dan willen ze niet discrimineren, maar wordt uiteindelijk toch alleen weer de witte man aangenomen."