'Jeugdwerkloosheid EU hoger dan het lijkt'

De jeugdwerkloosheid in de Europese Unie (EU) is hoger dan uit officiële cijfers spreekt. Bijna 1 op de 5 jongeren in de EU en de ontwikkelde economieën was vorig jaar op zoek naar een baan (18 procent). In werkelijkheid is het probleem nóg groter. Circa 2 miljoen jongeren besloten namelijk, ontmoedigd door de hoge werkloosheidscijfers, hun zoektocht naar een baan te stoppen of langer te studeren. Ze hebben zich, ook in Nederland, teruggetrokken uit de arbeidsmarkt.

Dat blijkt uit een rapport dat de internationale arbeidsorganisatie ILO dinsdag heeft gepresenteerd. Daarnaast zijn er ook jongeren die geen baan hebben en ook geen opleiding volgen. Hun aantal is in de hele EU met bijna 2 procentpunten gegroeid sinds het uitbreken van de economische crisis.

Volgens de ILO kan de jeugdwerkloosheid alleen goed worden bestreden als er geld wordt gestoken in de groei en het scheppen van banen. De arbeidsorganisatie waarschuwt dan ook voor "het huidige besparingsbeleid". De opmerking is gericht tot de informele EU-top woensdag in Brussel. Die gaat over over economische groei. Ook premier Mark Rutte is erbij.

Wereldwijd is de jeugdwerkloosheid ook hoog (dit jaar waarschijnlijk 12,7 procent). Vorig jaar zochten bijna 75 miljoen jongeren (15-24 jaar) een baan. De jeugdwerkloosheid daalt waarschijnlijk pas weer na 2016.

Volgens de ILO zijn tal van maatregelen nodig om te voorkomen dat er "een verloren generatie" ontstaat.

'Jeugdwerkloosheid EU hoger dan het lijkt'
'Jeugdwerkloosheid EU hoger dan het lijkt' (Foto: ANP)