Tour 20: De gele trui de mist in

In Luxemburg werd hij geboren
In de bergen rijdt hij van voren
Maar er was nog zo’n gast
Die zat aan hem vast
Dus de Ronde, die heeft hij verloren

 

 

Eindelijk, eindelijk, eindelijk. Een grote winnaar in een bergetappe deze Tour. Maar wat hebben we er ook vandaag weer lang op moeten wachten.
Toen in het begin van de etappe een kopgroep ontstond met onder andere: Flecha, Boasson Hagen, Burghard, Pauriol en Kolobnev, dacht ik bij mezelf dat ik een boon zou worden als uit die kopgroep de winnaar zou komen. Op een gegeven moment dacht ik echt dat ik voor mijn mens-zijn moest vrezen, want de voorsprong liep alweer aardig op en er werd door het peloton rustigjes geklommen op zowel de Col de Marie-Blanque als de Soulor.
Ondertussen waren er nog wel twee dingen gebeurd die het vermelden waard zijn.
Al in het begin van de etappe en nog wel bergop, viel Sanchez, de nummer drie van het klassement. Hij bleef erg lang liggen en ik dacht al dat Menchov de derde plaats binnen had en schreef op mijn aantekeningenblokje: Lul van de dag is Sanchez.
Mijn vrouw, die ook even keek, vond het zielig en zei dat Sanchez vast op zijn rug was gevallen, omdat hij een hele bult op zijn rug had.
“Dat is het ontvangertje van zijn oortje, schat. Daarmee communiceert hij met zijn ploegleiding en alle renners hebben dat op hun rug.” Ik probeerde niet te lachen, maar mijn vrouw gaf niet op.
“Nou, daar kun je anders lelijk op terecht komen.”
Maar Spanjaarden helpen elkaar altijd en Contador vond het nodig weer even wat aan zijn populariteit te doen, want die had door de pech van Andy Schleck natuurlijk een deukje opgelopen. Hij maande het peloton tot rust en Sanchez kon terugkomen. Wat zou er gebeurd zijn als Menchov of Gesink onderuit waren gegaan?

Het tweede feit dat het vermelden waard is, was de aanval van Sastre. Ze zeggen altijd dat Belgen dom zijn, maar sommige Spanjaarden zijn dat zeker. De kopgroep was al meer dan drie minuten uit het zicht en hij kreeg alleen een ploegmaat mee, die bij de eerste de beste klim al om zijn moeder ging roepen. Nou, daar reed hij dan. Alleen op de wereld. Belgen noemen zoiets een chasse patat. Dat is als je achter de kopgroep rijdt en er niet bij kunt komen. Maar dit was niet een chasse patat maar een Sastre patat.
En toen braken er weer hele vervelende uren aan met afwisselende beelden van de kopgroep, Sastre en het voortkabbelenende peloton.

Het zou dus wel op de laatste klim gebeuren. Ik vond Menchov er heel fris uitzien en hoopte dat hij en Gesink eens even flink zouden gaan aanvallen. Maar ze wachtten weer tot er een ander ging. Andy Schleck. Op zich niet gek, want hij wilde toch de Tour winnen en moest dus wel aanvallen. Contador rijdt nou eenmaal een betere tijdrit normaal gesproken. Hij viel dus aan. Contador was de enige die meekon. Gesink moest Menchov nog op sleeptouw nemen en de Rus reed hem vlak onder de top nog in de weg ook toen Rodriquez en Hesjedal wegsprongen. Sanchez had ook een wonderbaarlijke wederopstanding en eindigde nog voor Menchov, dus hij was in ieder geval niet de lul van de dag.
De Tourmalet kreeg een groot winnaar. Hij kwam als een spook uit de mist met zijn witte trui en hij won. Maar Contador won ook, al werd hij tweede.
De Tour is normaal gesproken beslist.

De lul van de dag:

Zoals jullie hebben kunnen lezen was Sanchez dus niet de lul van de dag. Maar Sastre wel. Je bent natuurlijk niet slim bezig als je zo vroeg aanvalt terwijl er al een kopgroep weg is. Spring dan meteen met die mannen mee.
Ik heb trouwens ook nog een heleboel lullen van de dag langs de kant van de weg op de Tourmalet gezien. Wat zijn dat voor Jodokussen? Blote reten, mannen verkleed als bierflessen, vampiers, je kunt het zo gek niet verzinnen of het liep er. Vroeger was er alleen een Duitse duivel, maar nu kun je die niet eens terugvinden tussen de gekken. 

Morgen gaan de renners naar la belle endormie (de schone slaapster). Dat is de bijnaam van Bordeaux omdat de stad wel een rijke stad is, maar niet meer de glorie van weleer heeft en een beetje is ingeslapen. Na Parijs heeft Bordeaux de meeste aankomsten van de Tour de France.
Bordeaux is natuurlijk bekend van de wijnen. Daarover morgen meer, want dan gaat de tijdrit dwars door de wijnvelden.
Maar de streek Les Landes is niet alleen bekend van de wijn, er zijn ook veel kuuroorden. Het stadje Dax is bijvoorbeeld bekend om de kuren voor gynaecologie, flebologie en bot- en gewrichtsaandoeningen.
Het verhaal gaat dat het geneeskrachtige water is, ontdekt door een Romeinse soldaat die van zijn reumatische hond afwilde en hem in de rivier smeet. Tot zijn verbazing verzoop het dier niet, maar kwam het genezen uit het water. Je kunt er dus veel goedkoper genezen dan in Lourdes. Gewoon in de rivier gaan zwemmen en je bent weer het mannetje of vrouwtje.

De kust van les Landes is uitermate geschikt om te surfen. Het getijverschil is daar enorm. Gemiddeld twee meter met uitschieters naar vijf meter.
Les Landes was ooit een moerasgebied, maar werd al lang geleden ingepolderd en is nu het grootste bosgebied van Frankrijk.
In het dorpje Labastide is een kerk die met toestemming van Paus Johannes de 23e gewijd is aan wielrenners: de Notre Dame de Cyclistes. Behalve heiligbeelden vind je daar ook veel fietsen en kampioenstruien van renners als Anquetil, Simpson, Hinault, Merckx en Ocana. Dat is andere koek dan een pastoor in het Oranje. En deze kerk heeft zelfs de zegen van de Paus. Labastide is verder bekend van de Armagnac, de overheerlijke witte wijn.

Nederlandse commentatoren zeggen altijd dat Bordeaux de Nederlandse stad is. Dat is dan vanwege het ‘grote’ aantal Nederlandse overwinningen. Dat is bullshit. Er heeft tien keer een Nederlander gewonnen in Bordeaux, maar er zijn veel meer Franse of Belgische overwinningen. De laatste Nederlandse overwinning was in 2003 door Servais Knaven.
Meestal eindigen de etappes naar Bordeaux echter in een massasprint en op dit moment hebben we geen Jean Paul van Poppel of Jeroen Blijlevens meer, dus zal het ook dit jaar vermoedelijk geen Nederlandse overwinning worden.
Reken maar op de sprinters.