Column: Doping, Eerlijke Sport

"Ik ben geen boef, ik ben geen dealer. Het huis dat ik bezit en de auto waarin ik rijd, heb ik met fietsen bijeengereden. Maar ik zweer dat als ik word aangevallen, ik me met alle middelen zal verdedigen"

Deze woorden zijn afkomstig van de Franse wielrenner Phillipe Gaumont. Een goede knecht met een bescheiden palmares. Op een overwinning in de Vlaamse semi-klassieker Gent-Wevelgem na heeft hij niets bijzonders gepresteerd. Toch staat deze man in het middelpunt van de belangstelling. De Franse politie heeft bij een inval in zijn huis een grote lading doping gevonden en in Frankrijk is doping een groot taboe.
Sinds de befaamde Tour De France van 1998 zijn onderzoeksrechters als Odille Madrolle en Patrick Keil bezig met een heuse kruistocht tegen "le dopage". Acht Festina-renners werden als beesten behandeld omdat er in de auto van verzorger Willy Voet een groot aantal EPO ampullen gevonden was. Nog geen 2 weken later werd de complete TVM ploeg van hun bed gelicht omdat ploegarts Michailov een paar maanden daarvoor met wat EPO werd aangehouden.

Er waren altijd wel vermoedens dat er wel eens wat uit verboden potjes gepakt werd in het peloton, maar dat het zo massaal was had niemand verwacht. Sponsor Coca-Cola weigerde het sponsorcontract met de directie van de Tour te verlengen en de algehele verwachting was dat de wielerfans hun geliefkoosde sport voor een tijdje links zouden laten liggen. Wie kon er immers sympathie opbrengen voor een stelletje fraudeurs, dat ook nog eens veel verdiende?
Ruim zeven jaar later is men het incident voor een groot deel vergeten en is er veel meer doping nieuws naar buiten gekomen.

Hardloper Ben Johnson liep tijdens de Olympisce Spelen van Seoul in 1988 een onmogelijke tijd van 9.79 en direct was er wantrouwen. De grote favoriet Carl Lewis liep "slechts" 9.92 en werd daarmee tweede. Een paar dagen later kwam inderdaad de mededeling dat Ben Johnson betrapt was op het gebruik van anabole steroïden. Carl Lewis kreeg alsnog de felbegeerde gouden medaille en Ben Johnson werd verketterd. Vorig jaar werd echter bekend dat Carl Lewis ook wel eens verboden middelen genomen heeft en dat de positieve uitslagen van een paar dopingtesten in 1988 linea recta de prullenbak in verdwenen. Het bracht een kleine schok teweeg, maar men herinnerde zich liever de sportheld Carl Lewis dan de dopingzondaar Carl Lewis.

Het lijkt er dus op dat dopinggebruik niet zo verderfelijk is als de puristen ons willen doen geloven. Geef het volk brood en spelen, dat houdt ze rustig. Dat was zo in het oude Rome en dat is nu nog steeds zo. Daarom zou het de moeite waard kunnen zijn om na te denken over het legaliseren van doping. Een zeer gewaagde stelling, dat weet ik, maar denk eens aan de voordelen.

Wielrenners kunnen een veel spannendere Tour De France rijden, de tijden op de 100 meter sprint spreken meer tot de verbeelding, hoogspringers springen hoger dan ooit en het belangrijkste van allemaal: de strijd wordt weer eerlijk! Als iedereen doping gebruikt maakt wint de sterkste weer. Als je reëel naar de zaak kijkt weet je dat doping niet uit te bannen is, er zullen altijd mensen zijn die het risico nemen wat te gebruiken en hopen er mee weg te komen.

De tientallen miljoenen die het wereldwijde anti-doping orgaan WADA jaarlijks verspilt met het zoeken naar nieuwe doping en het controleren van sporters kan veel beter besteed worden aan aanleg van nieuwe sportaccomodaties en jeugdprojecten.

Een derde belangrijk punt is het medische aspect. Artsen en onderzoekers kunnen nu in het openbaar onderzoek doen naar prestatiebevorderende middelen. Stel je eens voor wat voor tijden er mogelijk zijn op de marathon als er een middel ontdekt wordt dat duursporters de mogelijkheid geeft om constant in een hoog tempo te lopen. Laat de artsen maar lekker experimenteren, nieuwe inzichten kunnen misschien nog tot grote medische ontdekkingen leiden.

Er zullen heus wel haken en ogen aan dit voorstel zitten, maar die wegen lang niet op tegen het inconsequente beleid dat nu gevoerd wordt. Ben Johnson en Philippe Gaumont hebben de pech gehad dat ze tegen de lamp zijn gelopen, waar Carl Lewis nog steeds kan genieten van z'n gouden medaille. Daar zit iets scheef en daar moet iets veranderen.