Zes maanden cel geëist tegen hondenneuker
De man ging zich te buiten aan meerdere honden tussen 1997 en 1999. Hij werkte destijds als vrijwilliger bij een dierenasiel. Tijdens een zitting in maart 2005 zei de Genkenaar dat de honden telkens zelf het initiatief namen en dat er nooit sprake was geweest van enige dwang. "Ik heb nooit een hond tot seksueel contact gedwongen. Een hond heeft zijn eigen lichaamstaal. Als ze niet wilden, drong ik ook niet aan. Ik heb ze nooit pijn gedaan. Als je naakt bent en je zoals een hond gedraagt, gaat het allemaal vanzelf", zo zei hij destijds. Wegens deze uitspraken achtte de openbare aankleger het nodig dat de man aan een psychiatrisch onderzoek werd onderworpen.
De conclusie van dit onderzoek luidde dat de man op het ogenblik van de feiten niet in een staat van krankzinnigheid verkeerde, maar dat een begeleiding voor de seksuele afwijking van de man zeker nodig is. De hondenneuker staat nu terecht wegens schending van de openbare zeden en wegens inbreuken op de dierenwelzijnswet. De hoogst mogelijke straf daarvoor is hetgeen het OM nu geëist heeft. Ook vindt het OM dat de rechter de man moet verbieden ooit nog huisdieren te houden. De verdachte heeft momenteel een kat als huisdier.
Volgens de man heeft hij de honden nooit pijn gedaan, maar hen juist het plezier bezorgd door hen de kans te geven tenminste één keer in hun leven seks te hebben. Hij gaf aan te zijn opgestapt bij het asiel omdat hij het leed dat de honden werd aangedaan niet meer kon verdragen. Pas nadat hij de foto's - waarop hij duidelijk herkenbaar was - op internet plaatste, kon hij worden aangehouden. Bij een huiszoeking werden 30.000 afbeeldingen gevonden, waarop de man telkens in volle actie te zien was met vooral Duitse herdershonden.
De advocaat van de Genkenaar pleitte voor opschorting van de straf voor zijn cliënt. Hij zegt dat de man met een zeldzame hersenafwijking kampt, waardoor hij zich tot honden aangetrokken voelt. Drie tot vijf procent van de Belgische bevolking zou hier aan lijden.
De rechter doet 16 februari uitspraak in de zaak.