Armstrong en USADA steggelen over jurisdictie

Lance Armstrong en het Amerikaanse antidopingagentschap USADA ruzieën over de vraag of Usada wel jurisdictie heeft om The Boss aan te klagen. De twee partijen hebben hun standpunten uiteengezet in brieven aan een Amerikaanse rechtbank. Armstrong wordt door de internationale wielerunie UCI gesteund in zijn standpunt dat het USADA niet bevoegd is.

Het USADA klaagde Armstrong in juni aan vanwege het gebruik van prestatiebevorderende middelen tijdens zijn loopbaan. De zevenvoudig tourwinnaar zou samen met onder meer RadioShack-Nissan-ploegbaas Johan Bruyneel ook anderen van doping hebben voorzien. De oud-renner probeerde vervolgens via een gang naar de rechtbank een veroordeling door het USADA te voorkomen.

De verdediging van Armstrong richt zich vooral op de bevoegdheid van het USADA. Zijn advocaat overlegde een brief van de Amerikaanse wielerbond USA Cycling die stelt dat alleen de UCI bevoegd is om dopingzondaars te vervolgen. Ook zouden de regels van het USADA de rechten van sporters op een eerlijk proces schenden.

Het USADA schermt met een verklaring van de mondiale antidopingwaakhond WADA. Die stelt dat het USADA bevoegd is onder de regels die door zowel UCI als USADA zijn geaccepteerd.