Sporthistorie: Who the hell is Haarhoes?

De Nederlanders zijn inmiddels naar huis op de US Open. Dat was weleens anders. In 1989 brak Paul Haarhuis door op de US Open in New York, door als volslagen onbekende speler met een racket van de Hema viervoudig toernooiwinnaar John McEnroe te verslaan. Toen de journalisten hem op de persconferentie vroegen wie hij was en waar hij vandaan kwam, antwoordde de Brabander ad rem: "I am Paul Haarhuis and I come from Mars."

In 1989 zorgde Paul Haarhuis voor een sensatie. Op de U.S. Open versloeg hij als totale underdog met een racket van de Hema de vedette en viervoudig toernooiwinnaar John McEnroe. Diens ‘Who the hell is Haarhoes’ werd door de Hollander genadeloos afgestraft.

Tot die tijd kende niemand Haarhuis, maar vanaf toen wist iedereen wie hij was. De 23-jarige tennisser was in de tweede ronde van de US Open met 6-4, 4-6, 6-3, 7-5 te sterk voor McEnroe.

Hema-racket
Het Hema-racket van Paul Haarhuis maakte de overwinning nog curieuzer. Een tennisser, gesponsord door het bedrijf dat vooral bekend stond als worstenleverancier. Platter kon eigenlijk niet. Het vloekte met de mondaine tenniswereld waarin uiterlijk vertoon altijd de boventoon voert.

"Haarhuis werd uitgelachen door Nederlanders," vertelt oud-bondscoach Stanley Franker. ”Welke tennisser werd er nu gesponsord door de Hema?”

Ook de buitenlandse spelers haalden de neus op voor de Eindhovenaar. Die dachten dat Haarhuis een ijdele selfkicker was die de eerste letter van zijn achternaam in de bespanning van zijn racket had laten zetten.

Na afloop van de sensationele partij was de prangende vraag van de journalisten wie die Paul Haarhuis eigenlijk was. "My name is Paul Haarhuis and I'm coming from Mars", was het laconieke antwoord van de Eindhovenaar tijdens de persconferentie. Het was typerend voor Haarhuis : heel direct, maar altijd met dat snufje droge, bijna cynische humor.

Sportgek
”Cool” blijven op de US Open is een kunst op zich. Het vliegveld LaGuardia grenst praktisch aan de banen en, ook al wordt er rekening mee gehouden, de aanvliegroute loopt soms pal over het Arthur Ashe Stadium. Het kan, samen met het rumoerige publiek, dan ook een enorme heksenketel zijn. Daar moet je als profspeler mee om kunnen gaan.

Het kolkende centercourt deert Haarhuis geenzins. "De toeschouwers in de Verenigde Staten zijn sportgek en hebben ook verstand van tennis. Ze reageren heel enthousiast en voelen de belangrijke momenten aan. Bij andere Grand Slams heb ik dat gevoel toch iets minder. Zeker op Wimbledon. De mensen komen daar voornamelijk om te kunnen zeggen dat ze op Wimbledon zijn geweest", vertelt Haarhuis.

Haarhuis speelt in die heksenketel McEnroe naar huis. Ondanks zijn geringe ervaring, krijgt het Amerikaanse publiek geen vat op de zenuwen van de Eindhovenaar.

Wellicht dat ook zijn affectie voor de Verenigde Staten meespeelde bij zijn sublieme spel. Haarhuis bevond zich immers op bekend terrein. De Brabander werd als tennisser gevormd op de universiteit van Florida. Door zijn inspanningen in de USA werd Haarhuis uiteindelijk prof. Voordat hij naar Florida vertrok was Haarhuis in Nederland nog geen uitzonderlijk talent.

Haarhuis was ook op zijn plek in New York. "Ik voel me er prettig. New York is een fijne stad waar veel te doen is. Het is belangrijk voor een speler dat hij zijn zinnen kan verzetten en bijvoorbeeld lekker een hapje kan gaan eten in de stad."

Tumult
In 1991 bevond Haarhuis zich weer midden in het tumult. Hij stond weer tegenover een Amerikaans icoon. Haarhuis ging in een spannende kwartfinalepartij ten onder tegen de Amerikaanse veteraan Jimmy Connors. Die bespeelde het publiek met zijn vuistje en rare capriolen.

Verder dan de laatste acht in het enkelspel kwam Haarhuis nooit in New York. In 1994 veroverde hij samen met Jacco Eltingh wel de dubbelspeltitel.