Noah
De zondvloed. De Ark. Van elk levend wezen een mannetje en een vrouwtje. Al deze bekende elementen van het Bijbelse verhaal over de Ark van Noach komen naar voren in Noah, de nieuwste film van regisseur Darren Aranofsky. Maar dan wel in een gemoderniseerde versie.
De film vertelt over Noah (Russel Crowe) die een bericht van Hem krijgt dat de wereld zal worden gereinigd. De mens heeft teveel zonden gepleegd en de perfecte balans van al het leven op Aarde verstoord. In een visioen ziet hij dat hem wordt gevraagd een Ark te bouwen, waarmee hij de voortgang van het leven op Aarde kan redden van de zondvloed.
Een simpel, doch indrukwekkend verhaal volgens Genesis. In de film wordt dit echter aan verschillende kanten uitgebreid. Ik zal deze recensie in twee delen knippen, net zoals de film. Het eerste uur van de film is het verhaal zoals dit bekend is. Dit wordt schitterend in beeld gebracht zoals nooit eerder vertoond. De honderden, nee, duizenden dieren die hun weg naar de Ark vinden, leveren adembenemende beelden op. Echter vindt de Mens ook zijn weg naar de Ark, en ze willen mee. Aangevoerd door Koning Tubal-cain (Ray Winstone) volgt een ware slag om de Ark en een plaatsje op dit laatste redmiddel. Dan volgt de zondvloed.
Het tweede deel van de film speelt zich af op de Ark. Zonder al teveel te verklappen kan ik zeggen dat de film hier verandert in een familiedrama. Niet een zoetsappige zoals in een film van Julia Roberts, maar zoals je ze helaas tegenwoordig te vaak in het nieuws ziet. Crowe verandert hier in de villain van de film die je het liefst zelf van de Ark afgooit. Dit werkt zover door dat de climax volledig in het water (pun intended) valt als de eigenlijke villain van de film in gevecht gaat met de zogenaamde ‘held’. Op dit moment weet je even niet hoe je wilt dat het afloopt, je wilt alleen maar dat het snel klaar is.
De film is een visueel spektakel met het kaliber van een grootse blockbuster, maar probeert af en toe meer te zijn dan wat het werkelijk is. Door spontane karakterontwikkelingen die enkel handig voor de plot zijn komt alles vrij vlak over. De acteurs krijgen ook niet de kans om echt de show te stelen. De vrouwen (Connelly en Watson) worden enkel ingezet om te huilen en de zoons van Noah dienen enkel voor tegengewicht voor hun vader. Van regisseur Aranofsky (Requiem for a Dream, Black Swan) had ik meer verwacht, hoewel zijn signatuur wel herkenbaar is bij deze film.
Nee, de film had beter kunnen stoppen na de zondvloed. Met een leuke fade-to-black en een knip naar het moment dat men weer land vindt. Concluderend: een simpel voorafje, een visueel spektakel als hoofdgerecht maar een toetje met een nare nasmaak.