Weg met dat woord!

Landgenoten, tot 5 december kunnen we aangeven welk woord we het Nederlands idioom willen uitwippen. Weg met dat woord! noemt het Instituut voor Nederlandse Lexicologie (INL) de actie. Bij het lezen van de aankondiging schoten er meteen enkele belangrijke kandidaten door mijn hoofd, die ik niets liever dan een enkeltje geschiedenisboeken gun. Blij, paard, auto, grensrechter. Vreselijk. Tipp-ex erover, rode kringeltjes eronder. Janken, partner, raamkozijn: uitgummen nu het kan. Om nog maar te zwijgen van alle ingeburgerde leenwoorden als shoppen, kids of sale. Daarvan druipt het oorsmeer helemaal van ellende over m’n wang.

Tot mijn verbazing staan op de site van INL echter voorbeelden als hittestress, kweekburger, bezuinigingen en recessie. Daar gaat het natuurlijk alweer mis. Want wat is er in godsnaam mis met recessie? Prima woord, als je het mij vraagt. Ligt best redelijk in het gehoor. Bezuinigingen bestempel ik als neutraaal, qua woord. Een zesje. En als Dionne Stax het uitspreekt, dan neigt het zelfs naar een zeven. De enige reden dat de arme stakkers worden opgeworpen als taalkundige zorgenkindjes, zijn hun betekenis. Pure discriminatie. Misschien moet ik maar eens stampvoetend naar de VN stappen.

Maar als zelfs het INL al de fout ingaat, dan houd ik mijn hart vast. Temeer daar uit NIPO-onderzoek al eerder bleek dat mensen woorden nauwelijks los kunnen zien van hun betekenis. Een andere reden waarom liefde tot mooiste woord van de Nederlandse taal werd verkozen, kan ik immers onmogelijk bedenken. Het woord zomer wordt esthetischer ingeschaald dan winter en mooi vindt men prettiger klinken dan lelijk. Lezers van De Volkskrant kregen overigens een stijve van het woord vrijen. Kun je het je voorstellen? En dat is dan nog de belezen middenklasse. Het valt toch volledig in het niet bij ommezien, gems, schorseneren, raakvlak, wankelmoedig of farizeeër? Maar ja, de associatie bij een gems is voor romantische geesten nu eenmaal een stuk prozaïscher dan bij de liefde. Vrijen doet mijn hart overslaan. Mits het woord niet bij de daad wordt gevoegd. Geef mij maar gnoe, glibberig of grotesk.

Liefde mag als eerste uit de Van Dale worden verwijderd. Niet om aan te gluren. Of ruil het om met habbekrats of wasdom, om maar enkele pareltjes te noemen. ‘Ik wil met jou de teloorgang bedrijven.’ Ja, ik wil! Auto, behang, vuilnisemmer, tederheid. Stuk voor stuk woorden die niet snel genoeg kunnen verdwijnen. Maar ik weet nu al dat de lijst op 13 december zal worden gedomineerd door negatieve betekenissen en associaties, zoals haat, racisme of plofkip. Wedden?

Tot die tijd geniet ik nog even van de recessie, de bezuinigingen, de onderwijshervorming en de graaicultuur. Voor je het weet kan het straks niet meer. Stelletje slampampers.