Ik wed op een gokje

In Nieuw-Zeeland heeft een man een nieuwe naam gekregen nadat hij een potje poker verloor. Nu heb ik in mijn leven heel wat poker gespeeld, en mensen week-, maand- of jaarlonen, auto’s, dochters en kuddes kamelen zien verspelen, maar deze variant was nieuw voor mij. Full Metal Havok More Sexy N Intelligent Than Spock And All The Superheroes Combined With Frostnova heet de beste man nu. Omdat langere namen niet waren toegestaan. Oké, ik geef toe dat het niet de eerste naam is die ik zou ambiëren, maar de keuze is dan ook gemaakt door zijn kameraden. Toch kan ik me talloze momenten voor de geest halen waarop ik honderd keer liever mijn naam in Adolf Hitler veranderd zou hebben zien worden, dan mijn zuurverdiende centen af te staan. Helaas had ik niet zulke vredelievende opponenten.

Tja, pokeren. Lange tijd ging het best goed, en betekende het een leuke bijverdienste. Langzaam maar zeker wilde het echter niet meer. Er moest onbewust iets veranderd zijn in mijn spel, al kon ik het op dat moment niet benoemen. Achteraf gezien vermoed ik dat het simpelweg te maken had met controleverlies. De oplettende lezer zal opmerken dat dit hét kenmerk is van verslaving. Of het nu gaat om drugs, gamen, seks of gokken. Tot diep in de nacht zat ik achter mijn computerscherm, satéprikkers tussen de oogleden.

Controleverlies is met pokeren helemaal funest. Natuurlijk verlies je wel eens ‘onterecht’ een grote pot en lijkt Vrouwe Fortuna op sommige dagen een hardgrondige hekel aan je te hebben, maar het blijft altijd zaak om de lange termijn in ogenschouw te blijven nemen. Als het écht alleen maar geluk is, dan komt het verloren geld vanzelf weer eens terug. Het enige wat je moet doen is hetzelfde blijven spelen en de emotie uitschakelen. Maar ja, dat is het grote probleem. Er bestaat namelijk zoiets als ‘loss aversion’. Oftewel: verliezen doet veel meer pijn dan winnen vreugde brengt. Win ik een schaakpartij of een potje voetbal, dan is dat best aardig, maar verlies ik, dan baal ik als een stekker. Laat staan als er geld in het spel is. De motor van de maatschappij. Maar wel eentje die schadelijke gassen uitstoot. Onderzoek toont aan dat de loss aversion ratio ongeveer 2:1 bedraagt, oftewel verliezen doet twee keer zoveel pijn als winnen vreugde oplevert. Meer concreet: 100 euro winst is omgekeerd evenredig met 50 euro verlies.

Als ik vroeger een grote pot verloor met pokeren, dan kon ik nog net de neiging bedwingen om de computer uit het raam te smijten, maar ik drukte de uitknop welhaast door het toetsenbord heen. Later bemerkte ik echter een smadelijk verlies zo snel mogelijk te willen terugwinnen. Iets wat, gezien de (irrationele) emoties absoluut af te raden is. Ik typ dit niet vanuit mijn hangmat op de Bahama’s, dus het gevolg laat zich raden.

Iets soortgelijks had ik met sportweddenschappen. Heel lang was dat leuk. Soms won je, en soms verloor je, maar de sport werd er spannender door. Ook daar sloeg ik echter langzamerhand in door. Ik zette niet meer alleen in op de Champions League, de Eredivisie, de Franse Ligue 2, De Zweedse Superettan of Duitse Regionalliga, maar breidde mijn ‘expertise’ uit naar de Challenger tafeltennis toernooien, volleybalwedstrijden uit de damescompetitie van Hong Kong of de tweede Russische IJshockeydivisie. En dat ging op zich ook nog best aardig, tot ik op een gegeven moment ook daar verloren weddenschappen zo snel mogelijk wilde compenseren door onverantwoorde risico’s te nemen. Met 'live wedden' kon ik binnen een minuut gemakkelijk 5 verschillende gokjes wagen. De afloop laat zich opnieuw raden.

Gelukkig heb ik me niet echt in de schulden gestoken. Alleen al het gewonnen geld is in rook opgegaan. Voor gokken geldt, net als bijvoorbeeld voor drugs en alcohol: eens verslaafd is altijd verslaafd. Geheel stoppen is dus het devies. En dat is op zich best te doen. Het geeft een stuk meer rust. Met mijn hongerloontje kan ik ook wel kleding en boeken kopen, dus waarom zou ik me nog aan die gekkigheid wagen? Toch kruipt het bloed soms waar het niet gaan kan en treft mijn vriendin zo nu en dan een bedrag op de creditcardafschriften waar ze geen chocola van kan maken. Twee of drie keer per jaar, de schade is te overzien. Vorige maand was het weer zover. De Olympische Winterspelen waren natuurlijk een uitgelezen mogelijkheid om weer eens wat grijpstuivers in te zetten. Ik weet wat mijn valkuil is, dus dit keer zou het zeker goedkomen. Beetje pokeren ernaast. Twee weken lang was er inderdaad geen vuiltje aan de lucht. Tot ik op 3/1000e van een seconde een fors bedrag misliep. Kortsluiting. Van alle kanten lonkten de Azerbeidzjanse volleybalcompetitie en de obscure ITF-tennistoernooien waar geen top-1000 speler aan meedoet weer iets te nadrukkelijk. Het gevolg? Juist.

Mijn vriendin heeft de nieuwe creditcard veilig opgeborgen.  De kleren en boeken koop ik wel met cash geld. Maar is er toch niet iemand die mij toevallig 100 euro kan lenen? Dit keer zal ik écht verstandig zijn!