In Memoriam: David Bowie 1947 - 2016
De jonge jaren
Op 8 januari 1947 wordt David Robert Jones, zoals Bowie in het dagelijks leven heette, geboren in de wijk Brixton in Londen. Als Bowie zes jaar oud is verhuist de familie naar de wijk Bromley in het zuid-oosten van de stad. De jongen gaat vanaf dat moment naar de Burnt Ash Junior School, waar het de leerkrachten al snel op gaat vallen dat de jonge Bowie prachtig kan zingen en ook aanleg had voor het bespelen van een blokfluit. Als Bowie negen jaar oud is krijgt hij ook interesse voor dansen, waarvoor hij eveneens buitengewoon veel aanleg voor blijkt te hebben. Het waren eveneens de jaren dat we voor het eerst mochten kennismaken met een nieuw fenomeen genaamd rock-'n-roll. Zo had Bowie's vader in die tijd al een fraaie singlescollectie met platen van artiesten zoals Frankie Lymon and the Teenagers, the Platters, Fats Domino, Elvis Presley en niet te vergeten Little Richard.
Aan het begin van de zestiger jaren komt ook de jonge student Bowie, door zijn halfbroer Terry Burns, in aanraking met de in die tijd enorm populair wordende jazzmuziek. De jonge Bowie was zwaar onder de indruk van artiesten zoals Charles Mingus en John Coltrane en krijgt daarom in 1961 van zijn moeder een cremekleurige plastic saxofoon met goudkleurige kleppen. In het daaropvolgende jaar zouden er een aantal gebeurtenissen plaatsvinden die van grote invloed zouden zijn voor de latere artiest David Bowie. Zo was de 15-jarige op school door zijn goede vriend George Underwood hard op zijn linkeroog geslagen, nadat de twee ruzie hadden gekregen over een meisje op school. Bowie zou vier maanden in het ziekenhuis verblijven en kreeg na meerdere operaties te horen dat de doctoren zijn oog niet geheel zouden kunnen herstellen. Door de beschadiging kon zijn pupil niet meer reageren op lichtvariaties, waardoor het oog een bruinige kleur kreeg en het leek alsof de muzikant twee verschillende ogen had.
Ook had Bowie in 1962 zijn eerste echte saxofoon gekocht en speelde in bandjes zoals The Lower Third, de Konrads en de band Davie Jones & the King Bees. Van die laatstgenoemde band verschijnt in 1964 op het label Vocation Pop Records (een sublabel van Decca) de swingende single 'Liza Jane', met op de achterkant 'Louie, Louie Go Home'. Bowie was het repertoire van de band, grotendeels bestaande uit bluesnummers van artiesten als Howlin' Wolf en Willie Dixon, al gauw zat en verliet de band om verder te gaan met de band Manish Boys. Met deze band werd de single 'I Pity the Fool' opgenomen, waarmee wederom geen hit werd gescoord. Na nog een blauwe maandag te hebben gespeeld met bands als the Lower Third, the Buzz en the Riot Squad, besluit Bowie in 1967 om in zijn eentje verder te gaan. Omdat er op dat moment al een populaire Davy Jones in de band The Monkees speelt besluit David om zijn achternaam Jones te veranderen en treedt vanaf dat moment op als David Bowie.