In Memoriam: David Bowie 1947 - 2016
Bowie in de 21e eeuw
De 21e eeuw begon voor David Bowie met de opnames voor het album Toy, een plaat die uiteindelijk nooit officieel uit zou worden gebracht. Op de plaat stonden een aantal nieuwe tracks plus een aantal oudere nummers uit de jaren zestig in een nieuw jasje. Een aantal van de opnames voor Toy ('Baby Loves That Way', 'Shadow Man' en 'You’ve Got a Habit of Leaving') zouden uiteindelijk op B-kanten van singles terechtkomen en ook waren er een tweetal van deze tracks ('Afraid' en 'Uncle Floyd') terug te vinden op het album Heathen dat in 2002 zou uitkomen. Laatstgenoemde track was op dat album terug te vinden onder de titel 'Slip Away'.
Heathen was het eerste album sinds Scary Monsters (1980) waarop Bowie weer samenwerkte met producer Tony Visconti. Op de plaat, die in Amerika werd bekeken als een soort van comeback van Bowie, speelde de muzikant met artiesten zoals gitarist Pete Townshend (The Who), toetsenist Jordan Rudess (Dream Theater), pianist Kristeen Young, bassist Tony Levin (King Crimson) en drummer Dave Grohl (Foo Fighters). Op het album treffen we naast negen sterke eigen composities ook covers aan van de band Pixies ('Cactus'), Neil Young ('I've Been Waiting For You') en The Legendary Stardust Cowboy ('I Took a Trip on a Gemini Spaceship'). In Amerika was Heathen het bestverkochte album van Bowie sinds Tonight (1984) en wereldwijd zou de plaat meer dan 2 miljoen keer over de toonbank gaan. In Groot Brittannië zou de plaat meer dan vier maanden in de album charts te vinden zijn.
Give my children sunny smile.
Give them moon and cloudless sky.
I demand a better future.
Or I might just stop loving you.
(uit: 'A Better Future')
Ter promotie van het album volgde de Heathen Tour, waar bij wijze van toegift voor het eerst het volledige album Low werd gespeeld. De achtkoppige band was te zien op voornamelijk festivals in Noord-Amerika en Europa, waarbij Nederland helaas werd overgeslagen. Een goed jaar na Heathen lag het 24e studioalbum Reality van David Bowie in de betere platenzaken.
Het album was opgenomen in de Looking Glass Studios van Philip Glass in New York en bevatte zowel oude als nieuwe nummers. Zo troffen we het nummer 'Bring Me the Disco King' aan, dat Bowie sinds de jaren zeventig al meerdere malen had opgenomen, maar dat tot dat moment steeds op de plank was blijven liggen. Naast een negental eigen composities treffen we op de plaat ook covers aan van George Harrison ('Try Some, Buy Some') en Jonathan Richman ('Pablo Picasso'), een tweetal nummers die Bowie destijds al had willen opnemen voor het nimmer verschenen album Pin Ups 2.
Ook Reality ging vergezeld van een promotie-tournee getiteld A Reality Tour, die oorspronkelijk 10 maanden zou duren. Exact 2 weken nadat Bowie met zijn band had gespeeld in de Amsterdam Arena stond de muzikant op 24 juni 2004 op het Hurricane Festival in Scheeßel in Duitsland. Na de eerste toegift verliet de muzikant het podium met naar wat later bleek zware hartproblemen. De nog komende 14 concerten, op onder meer Werchter en Roskilde, werden dan ook meteen afgeblazen. Pas in september 2005 was Bowie weer even op een podium te zien bij het optreden van Arcade Fire in het in heel Noord-Amerika uitgezonden televisieprogramma Fashion Rocks.
In april 2006 maakte Bowie bekend dat hij een jaar rust zou gaan nemen en er dus geen concerten of nieuw plaatwerk van hem te verwachten viel. Toch was de Brit een goede maand later nog te zien bij een concert van zijn goede vriend David Gilmour in de Royal Albert Hall in Londen. In november van dat jaar was Bowie voor het allerlaatst op een podium te zien bij een optreden op het New Yorkse benefietfestival Keep a Child Alive, waar hij een duet zong met Alicia Keyes.