Thriller en secondenspel in World Cup langlaufen

De World Cup langlaufen is neergestreken in het Zweedse Falun, waar vrijdag al de eerste wedstrijden gehouden werden: de wedstrijden met individuele start in de vrije stijl, tien kilometer voor de vrouwen en vijftien voor de mannen, de afstanden die over een maand ook op het WK-programma staan.

Mannen
Alexander Bolshunov leek loeihard uit te gaan halen en dit keer niet op de verkeerde manier - vorige week gaf hij de Fin Joni Mäki een lel met zijn skistok en een beuk na de finish. Drie laat vertrokken Noren hadden echter nog een kans en vooral Simen Hegstad Krüger legde Bolshunov het vuur na aan de schenen.

Krüger verloor aanvankelijk steeds een paar seconden, maar vanaf elf kilometer - hij had inmiddels tien tellen achterstand - liep de Noor in. Met dik anderhalve kilometer te gaan zat er welgeteld 0,2 seconden tussen de twee, maar toch hield Bolshunov's tijd stand: Krüger kwam aan de finish 1,8 seconden tekort.

Even leken ook Hans Christer Holund en Sjur Røthe in de buurt te gaan komen, maar zij streden onderling om plek drie. Røthe pakte die plek op 23,9 seconden van Bolshunov, kilometervreter Holund zat er een ruime seconde achter en werd vierde. Gus Schumacher zorgde voor de verrassing van de dag: de 20-jarige Amerikaan maakte wéér grote indruk en werd op 1:17 minuten negende.

Vrouwen
De Amerikaanse Jessie Diggins, specialiste op de vrije stijl, legde na een goede start een dijk van een race op de Zweedse sneeuw, maar had voor het eerst dit seizoen de Noorse grootheid Therese Johaug achter zich aan. Johaug startte een stuk later en leverde aanvankelijk wat in, maar met ruim twee kilometer te gaan was ze één tiende van een seconde sneller.

De indrukwekkende eindsprint van Diggins bleek echter goud waard, want Johaug beet zich stuk op de tijd van de Amerikaanse en werd zowaar verslagen: tweede op 2,1 seconden. De Zweedse Ebba Andersson werd op 14,6 seconden tweede, nog wel ruim voor de onderlinge Noorse strijd om plek vier tussen Ragnhild Haga (+40,6), Heidi Weng (+41,1), Helene Marie Fossesholm (+45,5) en Tiril Udnes Weng (+46,5).