Plunder eens een bank

In mijn kinderjaren woonde ik in Duindorp. Duindorp is een wijk in Scheveningen en Scheveningen is een onderdeel van Den Haag. Toch is Duindorp net een echt dorp. De wijk wordt namelijk omringd door de duinen, de haven van Scheveningen en een bos. Wij speelden er vaak cowboytje in de duinen. We hadden klapperpistolen waarmee we elkaar regelmatig overhoopschoten. De kogels vlogen om onze oren. Wel waren er vaak meningsverschillen of iemand nu wel of niet dood was. 'Pang! Jij bent dood.' 'Nietes, je schoot ernaast.' 'Welles.' 'Nietes.' Zie dan maar eens te bewijzen dat de ander echt dood is.

We maakten zelf ook cowboys en indianen van hout. Ik heb er heel wat met de figuurzaag gemaakt. Ik maakte ze na van plaatjes en verfde ze. Ik was niet zo handig in dat soort dingen, maar zolang mijn ouders niet zeiden dat ik mooie olifanten en giraffen had gemaakt, dacht ik dat het wel aardig was gelukt. Een vriendje van me had liever soldaatjes. Die kon je gewoon in de speelgoedwinkel kopen. Met tanks, vliegdekschepen en nog veel meer oorlogstuig. We speelden er ook oorlogje mee. Later ontdekten we een ander soort spelletjes. Daar werd ook bij geschoten, maar dan ging er niemand dood. Integendeel. Als je raak schoot kwam er iemand bij. Je kon dus beter mis schieten.

Niemand van ons is massamoordenaar, beroepsmilitair of wapenhandelaar geworden. Er komt zelfs geen minister van Defensie uit mijn vriendenkring van toen. Het vriendje met de soldaatjes is architect geworden en ik ben mislukt als beroemde muzikant, maar daarna weer gelukt als leraar Duits, beambte werkloosheidswet, manager en controller. Al die beroepen hebben helemaal niets met cowboys en indianen te maken, hoewel ik als leraar Duits wel eens zin had om weer te schieten.

Toch zijn er mensen die denken dat de spelletjes die je als kind speelt gevaarlijk zijn voor je latere ontwikkeling. Al vrij snel na onze avonturen met de klapperpistolen mochten kinderen geen 'wapens' meer van hun ouders. Kinderen werden steeds meer beschermd. Ze werden en worden regelmatig door artsen binnenstebuiten gekeerd en als er ook maar iets hapert dan wordt er een stokje voor gestoken. Met als gevolg dat kinderen steeds minder weerstand krijgen. Spelen mag alleen nog maar met educatief verantwoord speelgoed en hun hoofden worden al vanaf hun vierde jaar volgestopt met allerlei informatie 'waar ze later wat aan zullen hebben'. Vind je het gek dat steeds meer kinderen een rugzakje nodig hebben?

En nu las ik dat het nog erger wordt. Iedere generatie kent vast wel Playmobil. Je weet wel. Die kleine leuke plastic poppetjes die zelfs niet kapot gaan als je erop gaat staan dansen. De fabrikant verzint al vanaf het begin in 1974 allerlei thema's voor die poppetjes. De eerste thema's waren de bouw, het Wilde Westen en de riddertijd. Heel veel kinderen hebben jarenlang heel erg leuk met die poppetjes gespeeld. Maar nu mag het bij bepaalde thema's ineens niet meer. Er is namelijk een nieuw thema bedacht en dat is bij bezorgde ouders in het verkeerde keelgat geschoten.

Sinds enige tijd kun je met Playmobil poppetjes een bank overvallen. Een blonde mevrouw met zonnebril kan een bankmedewerker overvallen. De kinderen hebben daarvoor ook nog een minipistool en een koevoet tot hun beschikking. De manager moet het verhinderen. Een aantal mensen is woedend op de fabrikant. Ze denken dat dit de kinderen aanzet om later banken te gaan overvallen. Wat een gelul!

Nee, ze kunnen bij Playmobil beter die kinderen leren om als bankmedewerker foute producten te verkopen aan nietsvermoedende mensen. Of net als vroeger bouwvakkers maken en kinderen alleen daarmee laten spelen. Dan worden die kinderen later timmerman of metselaar en dan komt er een nieuwe bankencrisis en ligt de hele bouw weer plat. Wat zullen die mensen dan een spijt hebben dat hun ouders hen vroeger niet gewoon lekker met die poppetjes een bank hebben laten overvallen! De mensen die denken dat het spel hun kinderen zo beïnvloedt zijn hetzelfde soort mensen die er tegen waren dat Ken een lulletje kreeg en Barbie een kutje. Die denken dat de tere kinderzieltjes tegen van alles moeten worden beschermd. Nou, sinds Oh Oh Cherso weet ieder kind allang dat Barbie een kutje heeft. De kinderen die met die poppetjes banken overvallen leren ook nog eens waar de manager de overval moet aangeven. Laat die kinderen dus maar lekker hun gang gaan. Sterker nog, ik wil het spel ook hebben. Wat moet het heerlijk zijn om die banken met gelijke munt terug te betalen door al het geld van ze te stelen. Plunderen die banken, ook al is het maar met kleine poppetjes. Kom maar op met dat spel.