Onderwijs op z'n smalst
De kwaliteit van het Nederlandse onderwijs ligt flink onder vuur. We zijn namelijk uit de top tien van de landen met goede leerprestaties gevallen. En dat is niet handig voor een kenniseconomie. De lat moet dus weer omhoog, is de boodschap. Aan de andere kant moet er flink bezuinigd worden, ook op het onderwijs. Dat kan gerust samengaan, vindt Van Bijsterveld. En zo maakt onderwijsland de zoveelste koersverandering mee.
‘Presteren’ is het nieuwe devies. De rest is bijzaak. Van Bijsterveld gaat ambitieus te werk om het onderwijs uit te kleden tot een prestatie- en productiebedrijf. Ze heeft een voorliefde voor cijfertjes. Gedreven rekent ze ons voor wat het de staat financieel oplevert om rugzakjes in de ban te doen en de studieduur te beperken. Het speciaal onderwijs kan ook gerust (met) minder. Wat het ons uiteindelijk aan kwaliteit gaat opleveren, haalt ze uit gestandaardiseerde toetsgegevens, in- en uitstroomprofielen, alsdan grafieken en voorspellende kosten/baten- berekeningen.
Ik kan een eind met Van Bijsterveld mee gaan. Dat onderwijsland zich weer op kwalitatief en effectief onderwijs gaat richten en de functie van veredeld Postbus-51 loket naast zich neerlegt, lijkt mij geen slechte ontwikkeling. Maar het beleid heeft meer in petto. Zo gaat er op passend onderwijs, extra geld en handen om kinderen die dat nodig hebben op een verantwoorde wijze binnen de school te kunnen houden (= rugzakje), flink gekort worden. Buiten de boot vallen komt leerlingen duur te staan. Het wordt een kwestie van doorstomen of verzuipen in de ‘mainstream’; zonder rugzakjes, zonder noodzakelijke specialistische hulp- en begeleidingsmogelijkheden, zonder extra tijd voor verdieping, verbreding of herhaling en zonder ook maar enige andere ‘franje’.
Wat ik in het hele verhaal mis is een overtuigend argument, anders dan bezuinigingen. Een argument waar uit blijkt dat Van Bijsterveld de praktijksituatie kent en echt verstand van zaken heeft. Van Bijsterveld doet het voorkomen alsof elke leerling die ook maar iets afwijkt van het gemiddelde, voorzien wordt van een label om voor een rugzakje in aanmerking te komen. Maar het is echt geen realiteit dat je een diagnose krijgt bij een pakje boter. En om een rugzakaanvraag gelde te maken, moet je inmiddels heel wat meer mankeren dan ‘slechts’ dyslexie, Asperger of ADHD. Centraal bij de toekenning staat aangetoonde handelingsverlegenheid van de ouders en de leerkracht in relatie tot de hulpvraag en de onderwijsbehoefte van de betreffende leerling. Is dat niet precies de essentie van passend onderwijs?
Er moet dus minimaal 300 miljoen euro worden bespaard op passend onderwijs. In het speciaal onderwijs vallen de grootste klappen. De oplossing moet worden gevonden in een betere samenwerking tussen de regionale samenwerkingsverbanden van scholen voor speciaal onderwijs en reguliere scholen, om zoveel mogelijk kinderen op de juiste plek te krijgen. Alsof dat niet al gebeurt. Landelijk zijn er multidisciplinaire Zorg Advies Teams ingesteld, met als doel een passende vorm van onderwijs en/of begeleiding voor de aangemelde zorgleerlingen te vinden. Zij gaan professioneel en adequaat te werk. Ik spreek uit ervaring als ik stel dat er geen enkele leerling zonder urgente noodzaak geplaatst wordt op SBO-scholen. Die tijd ligt al ver achter ons. Deze bezuiniging gaat straks voor heel wat kinderen het verschil maken tussen meekomen of achterblijven. En niet omdat de leerkracht dat niet anders zou willen, maar omdat de leerkracht handen tekort komt.
Want waar het feitelijk op neerkomt is dat onze basisscholen en het voortgezet onderwijs straks nog meer kinderen met problemen moeten opvangen met nog minder geld. ‘Maar wat komt er dan terecht van de beraamde kwaliteitsverbetering van het onderwijs?’, zul je je misschien afvragen. Nou, dat zit zo; Van Bijsterveld stelt namelijk wel per 1 januari 2012 honderd miljoen euro beschikbaar voor deskundigheidsbevordering van leerkrachten. Het lijkt misschien een reële tegemoetkoming, maar het is een wassen neus. Achterhaald. Leerkrachten bekwamen zich regelmatig en scholen zijn lerende organisaties. Waar leerkrachten echt behoefte aan hebben is extra tijd en specifieke hulp om naast alle andere leerlingen hun zorgleerlingen goed te kunnen begeleiden. Bijvoorbeeld door de inzet van ambulante begeleiders, die naast de zorg voor de leerling ook de leerkracht ondersteunen en coachen. Maar juist die deskundige ambulante begeleiders worden straks in grote getale ontslagen. Omdat zij nu nog worden betaald uit de betreffende rugzakjes.
Zoals Van Bijsterveld haar plannen presenteert, verwacht ik dat ze deze komende jaren in stroomversnelling zal doorvoeren. Wars van alle neveneffecten. Als de cijfertjes maar kloppen. Maar ik zou niet graag in de schoenen van haar opvolger staan. Als blijkt dat steeds meer leerlingen buiten de boot vallen, omdat er niet langer aan hun specifieke onderwijsbehoeften kan worden voldaan. Als het voortgezet onderwijs inderdaad hun aannamebeleid gaan veranderen, in het kader van prestatiegericht management, waardoor deze kinderen niet meer welkom zijn. Een toename van thuiszittende leerlingen is niet ondenkbaar, met alle gevolgen van dien. Wat zal het gaan kosten om straks het onderwijs weer voor iedereen toegankelijk en passend te maken? Meer dan 300 miljoen, vrees ik.