Kort geding over JA-campagne
Volgens het Comité staat er in de referendumwet geschreven dat er een bedrag van één miljoen euro beschikbaar is voor overheidscampagnes. Een onafhankelijke Referendumcommissie dient de taak te krijgen het geld te verdelen. Daarnaast voldoet het inzetten van 3,5 miljoen euro extra aan geen enkele randvoorwaarde die door het kabinet zelf zijn vastgesteld. Het betreft hier de inzet van extra overheidsgelden voor het voeren van een JA-campagne.
In het kort geding zal het Comité een verbod eisen de extra middelen aan te wenden, een nieuwe gemaakte folder te verspreiden en de radiospotjes en advertenties waarin wordt gewezen op het belang van een JA-stem uit te zenden danwel te publiceren. Het Comité zal van deze eis afzien indien de rechter bepaalt dat het comité in op gelijke wijze het publiek kan benaderen.
Kritiek op JA-campagne zwelt aan
Intussen neemt de kritiek op de wijze waarop de JA-campagne wordt gevoerd toe. Ook binnen de overheid bestaat grote onvrede over de wijze waarop het kabinet handelt rond het referendum. Uit een enquête van het weekblad Binnenlands Bestuur blijkt dat 84 procent van de ondervraagde ambtenaren en openbare bestuurders de voorlichtingscampagne van de overheid met een 'matig tot onvoldoende' beoordeelt.
Ook EU-commissaris Hans van den Broek schaart zich bij de critici. "Ik heb heel veel begrip voor de kritiek op de campagne", aldus de CDA'er. De folders die in eerste instantie werden verspreid over de grondwet noemde hij 'onbegrijpelijk voor buitenstaanders'.