PAS OP, TBS'ER ONTSNAPT!

Zijn er meer Engelse woorden die beginnen met de letter K, of waarin de K als derde letter voorkomt?
Toen de vermaarde onderzoekers Amos Tversky en Daniel Kahneman deze vraag voorlegden aan hun proefpersonen, bleek de overgrote meerderheid te kiezen voor de eerste optie. Ten onrechte, want de K komt drie keer zo vaak voor als derde letter van een woord (ook in het Nederlands is dit het geval). Zoals fervente scrabblespelers (voor de jeugdigen: Wordfeut voor bejaarden) weten, is het simpelweg veel gemakkelijker om woorden voor de geest te halen die met een bepaalde letter beginnen dan woorden waarin diezelfde letter ergens anders verstopt zit. Dit wordt de ‘beschikbaarheidsheuristiek’ genoemd.

Zaken die snel beschikbaar zijn in ons denken, worden overgewaardeerd. Er komen meer mensen om het leven door een val van een keukentrap dan door terroristische aanslagen, maar niemand belt de politie als de plafondlamp moet worden verwisseld. Dagelijks worden we immers bang gemaakt met de dreiging van de Islamitische Staat en niet met de keukentrapmaffia. Ook heb ik nog nimmer een buschauffeur beloond horen worden met een welgemeend applaus, in tegenstelling tot duurbetaalde charterpiloten. Die ene fatale crash zit in ons geheugen gegrift, niet die drie miljoen ‘normale’ vluchten, dus wat een geluk dat we veilig zijn geland!
Na het afgelopen weekend zullen evenementen met monstertrucks ongetwijfeld met argusogen worden bekeken, nu het ongeluk in Haaksbergen nog volop ‘beschikbaar’ is in ons geheugen. Maar hoe vaak is er in Nederland een dodelijk ongeval gebeurd met die monsters? Jaarlijks komen er drie keer zo veel mensen om het leven door een bij.
De beschikbaarheidsheuristiek dus. Houd dat even in je hoofd, dan schakelen we nu over naar het land der tbs. Bijna net zo erg als extremistische terreurorganisaties.

De meeste mensen die het woord tbs horen, beginnen acuut te sidderen en zien levensgevaarlijke psychopaten voor zich, die koelbloedig onschuldige slachtoffers afslachten met een bijl, om vervolgens hun ingewanden boven het haardvuur te roosteren. Oké toegegeven, iemand wordt niet ter beschikking gesteld voor het ontvreemden van een rolletje drop, maar toch is er nog altijd een grote diversiteit aan delicten die ten grondslag liggen aan de maatregel (overigens iets anders dan een straf). Belangrijker echter is dat de daders geheel of voor een groot deel ontoerekeningsvatbaar waren ten tijde van het delict. Natuurlijk is het geen sinecure de verkrachter van je dochter niet tot op het bot te haten, maar in principe kan het hem niet worden aangerekend. So far, so good. Dat neemt echter niet weg dat ze een gevaar vormen voor de maatschappij.

Dus worden ze opgenomen in een tbs-kliniek. Daar worden ze intensief behandeld voor de psychiatrische- of persoonlijkheidsstoornissen. Hoewel er geen maximale duur wordt gesteld aan de behandeling, is de tbs-maatregel te allen tijde gericht op re-integratie in de maatschappij. Soms duurt dat drie jaar, soms tien en soms vijfentwintig. Maar er komt een moment -op enkele uitzonderingsgevallen na- waarop de tbs’er weer terugkeert in de samenleving. Dat gebeurt echter niet van de een op andere dag. Mensen na lange opsluiting plompverloren loslaten in de boze buitenwereld is uiteraard geen goed idee. Dus worden de vrijheden heel gefaseerd uitgebreid. Onder begeleiding, een uurtje, een dagdeel, zonder begeleiding, een dag, een nacht. Om maar wat te noemen. Ook dat kan weer lange tijd in beslag nemen. Met beleid wordt bepaald wanneer men toe is aan de volgende stap in het resocialisatietraject.

Dit traject wordt pas echt in gang gezet met het zogenaamde transmurale verlof. De tbs’ers verlaten het forensisch psychiatrisch centrum (tbs-kliniek, in de volksmond), en vervolgen hun behandeling in een (iets) minder streng beveiligde inrichting in den lande. Afhankelijk van hun voortgang, worden de volgende stappen genomen. Wanneer de tbs-kliniek het verantwoord acht, dan vraagt men proefverlof aan. In dit stadium wordt de reclassering ingevlogen. Doorgaans verblijft de tbs’er nog altijd in een forensische kliniek, of is er sprake van begeleid wonen. De vrijheden worden uitgebreid, er is sprake van dagbesteding en de behandeling wordt gecontinueerd. Hoewel de reclassering intensief contact onderhoudt met de cliënt en een coördinerende rol heeft in het zorgnetwerk, blijft de tbs-kliniek eindverantwoordelijk voor de veiligheid.
De laatste stap richting vrijheid is de voorwaardelijke beëindiging van de maatregel. De reclassering wordt dan verantwoordelijk en de tbs-kliniek vormt nog slechts een tijdelijke terugvalbasis, in het val van crisis. Tijdens dit stadium -dat maximaal 9 jaar kan duren- wordt de laatste stap gezet richting re-integratie. Vaak betekent dit een woonplek bij een reguliere ggz-instelling, maar het kan ook een eigen huis betekenen. De tbs’ers lijken bijna weer gewone mensen, met een baan en andere sociale bezigheden. Maar laat de buurman het woord tbs niet horen, want dan ligt er morgen een petitie bij de burgemeester en een brandbom door de brievenbus.

Tijdens al deze stadia dient de ter beschikking gestelde zich te houden aan strenge voorwaarden. Overtreding daarvan kan grote gevolgen hebben voor hem of haar. Iedere misstap kan fikse terugwerping in het regime betekenen, waardoor er jaren vertraging kan optreden.
Mede om die reden, maar ook omdat tbs’ers een lange behandeling achter de rug hebben, de nodige medicatie krijgen om decompensatie te voorkomen, en omdat ze toch echt verder willen met hun leven, is er sprake van relatief weinig recidive. De kans dat die rustige overbuurjongen een heftig geweldsdelict begaat is mogelijk nog groter dan dat een voormalig tbs’er opnieuw ernstig in de fout gaat.

Toch strookt de publieke opinie niet met de feiten. Iedere beweging van een tbs’er wordt breed uitgemeten in de landelijke pers en ligt dus vooraan in het geheugen. De laatste tijd bevindt vooral FPC De Rooyse Wissel zich in de hoek waar de klappen vallen. Deze kliniek in Venray is meermaals in opspraak geraakt vanwege vermeende misstanden. Half Nederland ziet tbs-klinieken meteen als lustoorden, waarin men de dag doorkomt met drinkgelagen en cocaïneroezen. Daar hebben we hem weer: de beschikbaarheidsheuristiek. 

Gisteren nog drong het CDA erop aan dat staatssecretaris Teeven alle onttrekkingen in de kamer naar voren brengt (uit het gebezigde ‘ontsnappingen’, blijkt dat men nauwelijks op de hoogte is van de gang van zaken). Oké, iemand die zich onttrekt aan het kader houdt zich niet aan de gestelde voorwaarden en dient derhalve direct te worden opgespoord. Mee eens. Dit gebeurt echter al. Vaak klopt de ter beschikking gestelde zelf na korte tijd weer aan bij de instelling waar hij verblijft, na het inzien van zijn fout. Nog vaker krijgt hij daar de tijd niet eens voor, omdat de met groot materieel uitgerukte politie hem al in de boeien heeft geslagen.
Afgelopen jaar zijn er 32 gevallen geweest van onttrekking, op een totaal van 55.000 verloven. Volgens mij is er één geval geweest waarin er ook daadwerkelijk sprake was van een geweldincident. Eén te veel, maar mijns inziens veel te weinig om elk incident kamerbreed onder de aandacht te brengen. Die hebben het namelijk veel te druk met debatteren over keukentrappen, bijen en monstertrucks.