Sonic the Hedgehog

Over het hoogtepunt
Vele artiesten, acteurs, schrijvers, TV-programma’s – en in dit specifieke geval ook egels, verliezen ‘het’ na verloop van tijd. De veelgehoorde term “Stoppen op je hoogtepunt” is een doel dat slechts nog door weinigen daadwerkelijk wordt nageleefd. Liever zuigt men een product tot de laatste druppel leeg, waarna het nog met een vieze nasmaak in de mond kan sterven. Denk aan Hans Teeuwen, wiens laatste show volgens de critici pijnlijk in contrast staat met zijn eerdere werk. Denk aan Friends, de sitcom die als een overjarige stoomlocomotief voort bleef kuieren, enkel omdat de acteurs elders niet meer aan de bak konden komen. Denk aan Bassie en Adriaan, die tegenwoordig aan hun inkomsten komen door rechtszaken aan te spannen tegen eenieder die het waagt een projectje op te zetten dat ook maar enigszins aan de clown en acrobaat gerelateerd kan worden. Vergeet nu deze drie namen, en denk aan Sonic. In zijn hoogtijdagen op de oude SEGA-consoles kon je games met deze blauwe egel op het doosje blindelings aanschaffen. Sonic was een goede vriend, op wie je kon rekenen, op wie te bouwen viel. Tegenwoordig is Sonic meer te vergelijken met het soort vriend dat je achter je rug om vele steken uitdeelt. Dat de Sonic-games weinig soeps zijn is de laatste jaren eerder regel dan uitzondering. Je doet er dan ook goed aan vele reviews te lezen alvorens naar een winkel te slenteren om er enkele minuten later met de nieuwste Sonic in je handen weer uit te wandelen. Gelukkig heb je er nu toevallig eentje voor je neus, dus die moeite is je alvast bespaard.

Opzet
De opzet van Sonic the Hedgehog lijkt erg op die van bijvoorbeeld Super Mario Sunshine. Je bevindt je in een overworld, van waaruit je via geheime portalen afreist naar de levels. Binnen de overworld is alles over het algemeen koek en ei; overal staan mensen met wie je een praatje kunt maken of zo nu en dan een missie van kunt aannemen en je wordt niet opgejaagd door bloeddorstige vijanden. Zodra je een level binnenwandelt overheerst daar echter de wanorde, wat zich concreet laat omschrijven als veel vijanden, veel rennen en springen en een grote afstand die zo snel maar ook zo soepel mogelijk moet worden overbrugd. Onderweg verzamel je ringetjes die als levensenergie fungeren, welke bij contact met een vijand weer wegvallen. Op papier is dit een sterk, hoewel niet bijster origineel, concept. Maar om zo’n blauwdruk te laten uitgroeien tot een degelijke game is het zaak om ervaren ontwikkelaars met voldoende tijd aan dit spel te laten werken, zwakhoofdigen die al tevreden zijn wanneer het poppetje überhaupt kan lopen kunnen dit soort projecten daarentegen om zeep helpen.

Presentatie
Al vroeg in het begin neem je plaats in een achtbaan van absurditeit, ergernis, verbijstering en compassie voor jezelf. Het verhaal, hoewel niet het zwakste punt van het spel, probeert vele malen epischer te zijn dan goed is voor een game als deze. Iets met een prinses, een hoop vuur en het einde van de wereld is wellicht passend bij een titel zoals Zelda, maar binnen een spel waarin de hoofdrollen nota bene worden vertolkt door een stel pratende egels voelt het volkomen misplaatst. Iets wat een ondersteunende rol vormt in het verhaal zijn de ingesproken stemmen. Deze zijn lang niet slecht en met bezieling en emotie ingesproken, maar passen net als het verhaal slecht bij de game. Wellicht heb je wel eens iemand ontmoet wiens stem zo verschilde van het verwachtingspatroon dat je bij zijn uiterlijk had opgemaakt, dat je ervan in de lach schoot. Hoewel dat bij STH gelukkig niet in die mate voorkomt, heb je als speler wel erg vaak een ongemakkelijk gevoel in het middenrif wanneer de hoofdpersonages hun smoeltjes opentrekken. De muziek is overigens wel goed en dat weet het cijfer voor geluid wat te verhogen. Grafisch is het spel helaas weer ondermaats. Hoewel de omgevingen kleurrijk en vrolijk ogen, missen ze het detail dat we van een Xbox 360-game verwachten.