Engeland opent EK-kwalificatie met winst op kampioen Italië, Kane topscorer aller tijden

Engeland is uitstekend begonnen aan de kwalificatie voor het EK voetbal van volgend jaar. In Napoli waren de Engelsen te sterk voor Italië, dat volgend jaar in Duitsland de in 2021 veroverde Europese titel hoopt te verdedigen.

Declan Rice opende in de wedstrijd in groep C al na een klein kwartier de score, en kort voor rust werd het nog erger in het Stadio Diego Armando Maradona: Engeland kreeg een penalty en Harry Kane was vanaf elf meter trefzeker. De Argentijns-Italiaanse debutant Mateo Retegui bracht de Italiaanse hoop terug door tien minuten na rust voor 1-2 te zorgen, maar daar bleef het bij. Kane's goal was overigens zijn 54e in het shirt van Engeland, waarmee hij nu topscorer aller tijden is voor zijn land.

De andere wedstrijd in groep C ging tussen Noord-Macedonië en Malta, waar in de eerste helft weinig gebeurde. Napoli-speler Elif Elmas opende twintig minuten na rust de score voor de thuisploeg, een paar minuten later konden de fans in Skopje juichen voor Darko Churlinov en de 2-0. Yannick Yankam deed namens Malta wel iets terug, maar meer dan een eretreffer zat er niet in.

In groep H stonden drie wedstrijden op het programma, te beginnen met een duel in Astana. Daar kwam Kazachstan na zo'n 25 minuten op 1-0 tegen Slovenië dankzij de eerste interlandgoal van de jonge Maksim Samorodov. In de tweede helft waren er echter ook twee Slovenen die hun eerste interlandgoal maakten: David Brekalo en Zan Vipotnik zorgden voor een 1-2 overwinning voor de Slovenen.

Denemarken speelde thuis een Scandinavische derby tegen Finland, waarbij de net 20-jarige Rasmus Højlund de grote ster werd. Hij stond voor het eerst in de basis en de aanwinst van Atalanta zorgde al vroeg voor de 1-0. FC Groningen-huurling Oliver Antman bracht Finland kort na rust op gelijke hoogte, maar in het laatste kwartier trok Højlund met twee goals de drie punten voor Denemarken binnen.

San Marino ontving Noord-Ierland, wat voor Dion Charles een uitstekende kans bleef om zijn eerste interlandgoal te noteren. Na dik twintig minuten opende hij de score, tien minuten na rust voegde hij er nog een goal aan toe, wat Noord-Ierland de 0-2 zege opleverde.

Bosnië & Herzegovina speelde thuis tegen IJsland, waarbij Rade Krunic in de eerste helft al twee treffers wist te maken. Amar Dedic was een minuut of twintig na rust goed voor de 3-0, terwijl de IJslanders te weinig voor elkaar kregen om echt dreigend te worden, en dus bleef het bij 3-0.

Portugal mocht beginnen met een duel tegen Liechtenstein, op papier én in de praktijk niet de zwaarste opgave. Al na acht minuten had João Cancelo de bal in het doel liggen, opmerkelijk genoeg bleef het daar tot de rust bij. In de twintig minuten na de pauze werd de boel echter flink op slot gegooid: twee goals van Bernardo Silva en een treffer van Cristiano Ronaldo zorgden voor 4-0.

Slowakije ontving Luxemburg, maar in het matig bezette stadion in Trnava was weinig reden tot juichen: anderhalf uur voetbal en geen enkele goal.