Hedwigepolder mag onder water

De Hedwigepolder in Zeeuws-Vlaanderen mag onder water worden gezet. Dat blijkt woensdag uit een uitspraak van de Raad van State in Den Haag. Ontpoldering is uit het oogpunt van natuurherstel het best, oordeelt de hoogste bestuursrechter. De bezwaren van onder anderen de eigenaar van de polder werden verworpen.

De bezwaarmakers zagen alternatieven voor het weer onder water zetten van de Hedwigepolder, een agrarisch gebied. Ze betwijfelen of zich in het gebied een getijdennatuur met eb en vloed zal ontwikkelen. Als de polder snel dichtslibt, blijft de natuurontwikkeling achter.

Volgens de Raad van State is de afgelopen jaren genoeg onderzoek gedaan naar alternatieven, waarbij ook andere opties dan het onder water zetten van de Hedwigepolder werden bekeken. Daaruit bleek steeds ontpoldering de beste oplossing. Achtereenvolgende bewindslieden mochten dit daarom ook als uitgangspunt nemen.

Het rijk en de provincie Zeeland willen de polder weer onder water zetten, waardoor 295 hectare landbouwgrond weer natuurgebied wordt. Tegenstanders, behalve de eigenaar onder meer de stichting Red Onze Polders, willen dat de polder droog blijft.

Nederland heeft met Vlaanderen afgesproken dat de Hedwigepolder onder water wordt gezet als compensatie voor het uitdiepen van de Westerschelde, de toegang tot de Antwerpse havens. Verantwoordelijk minister was destijds Karla Peijs (CDA), die later als commissaris van de koningin van Zeeland juist weer tegen ontpoldering was.