Dodelijk verleden 46
‘Familie? Het zal best, maar ook hier geloof ik niet in,’ zei ik resoluut. Ik begon dit hele toneelstuk op dit schip krankzinnig te vinden. Niets was meer wat het leek. Mijn vrijheid was verder dan ooit en ik had het gevoel de Nederlandse taal te verleren en steeds beter Engels te gaan spreken. Ik begon het ook al standaard te schrijven. Carlos, maar ook Greta, hadden mij verboden een andere taal te spreken op dit schip dan Engels terwijl zij wel constant Spaans spraken. Verstonden ze geen Nederlands? Ik vroeg het mij af.