Vuelta: Etappe 15 - Kort, maar vol spektakel

De eerste bergrit van het weekend leverde helaas geen epische strijd op. Na een lastige rit, vol met ongecategoriseerde klimmetjes, kwam het uiteindelijk toch allemaal neer op de slotklim. Samen met Bart de Clercq en Rui Costa begon Rafal Majka als eerste aan die slotklim, Sierra de la Pandera. Oorspronkelijk was de kopgroep groter, maar onder meer dankzij de steile muur van Valdepeñas de Jaén waren er al wat jongens afgehaakt.

Majka's laatste vluchtgenoten haakten ook af toen La Pandera wat steviger begon te hellen. Met ongeveer anderhalve minuut voorsprong op de groep der favorieten begon Majka aan de laatste steile kilometers van de slotklim. Zijn voorsprong was niet groot, omdat daarachter flink wat ploegen op kop hadden gereden. Bijna iedere ploeg, met uitzondering van Sky. Bahrain, Trek, Astana en Katusha, allemaal deden ze een duit in het zakje. Het vage gerucht dat Froome misschien een beetje verkouden was zorgde ervoor dat men een poging deed om hem uit te putten. Die opzet slaagde alleen niet helemaal.

Toen de slotklim begon zat Froome nog goed, met een aantal ploeggenoten om hem heen. Na kopwerk van Astana op de slotklim, van met name de sterke Bilbao, nam Sky het commando over, maar ze reden niet echt door. Daardoor hield Majka redelijk eenvoudig stand. Het duurde tot het extreem steile stuk op een kilometer of drie van de finish voor het in de groep der favorieten losging. Na een weinigzeggende demarrage van Bardet ging Chaves in de achtervolging en hij kreeg dan weer Contador en Nibali achter zich aan. Daar weer achter beleefde Wout Poels een wonderdag. Hij reed een strak tempo en liet Contador en Nibali niet ver weglopen, zelfs niet nadat die twee meerdere demarrages plaatsten.

Nadat Poels toch een beetje moe begon te worden reed Froome naar voren, met Lopez in zijn wiel. Later kon ook Kelderman aansluiten, die probeerde niet lang daarna zelfs nog aan te vallen. Die poging smoorde men in de kiem, waarna Lopez een poging deed. Hij kwam wel weg en ze haalden hem niet meer bij. Voor de tweede keer was hij de beste van de favorieten, hij had nu alleen de pecht dat er nog een ijzersterke Pool voor hem reed. Rafal Majka maakt op deze manier zijn jaar goed, nadat hij door een zware valpartij wegviel uit de Tour en door ziekte ook al snel een kruis kon zetten door een goed klassement in deze Vuelta.

Lopez nam wat tijd op Froome en co, maar in de top van het klassement veranderde er verder weinig. Chaves verloor wat meer tijd, waardoor Kelderman kon opschuiven naar het podium. Voor hem een mooie dag, voor ploeggenoot Sam Oomen iets minder. Hij was geweldig bezig, maar helaas werd ook hij getroffen door een vervelend virusje dat nogal heerst in het peloton. Zonder Oomen zal Wilco zijn best moeten doen om die mooie derde plaats vast te houden. De volgende test komt er nu meteen aan. We sluiten de tweede week af met een ritje richting de Sierra Nevada.

De route van vandaag (Bron: Letour.fr)
De route van vandaag (Bron: Letour.fr)

Het profiel van vandaag (Bron: Letour.fr)
Het profiel van vandaag (Bron: Letour.fr)

De startplaats
Deze korte en explosieve rit gaat van start in een plaats waar de renners al doorheen zijn gefietst. Tijdens de vorige rit was hier op 45 kilometer van de streep de tussensprint. We bevinden ons dus voor de tweede keer deze Vuelta in Alcalá la Real, een stad met 22.000 inwoners in de provincie Jaén. Alcalá la Real komt nu dan wel uitgebreid voor in de Vuelta, maar dat is eigenlijk pas de eerste keer. In het verleden is de koers al door de stad gereden, zoals in de rit naar Valdepeñas de Jaén in de Vuelta van 2010, maar het zal de eerste keer worden dat hier een rit start.

Alcalá is gevestigd op een locatie waar al een eeuwigheid mensen wonen. Volgens sommige bronnen is het een van de laatste plaatsen waar de neanderthalers nog hebben gewoond, gekkenhuis. Ook de Romeinen zijn hier geweest en die hebben nog wel wat achtergelaten. Onder meer een standbeeld van Hercules, dat er na al die jaren nog steeds behoorlijk goed uitziet. Je zal evenwel naar Madrid moeten afreizen om het te kunnen bewonderen, daar is het opgenomen in het nationale archeologische museum.

Sinds de tijd van de Moren is het fort van de stad het meest opvallende bouwwerk. Fortaleza de la Mota is gevestigd op een heuvel met de naam La Mota. Het is een behoorlijk indrukwekkend fort, vooral van de buitenkant. In al die jaren heeft het fort een belangrijke functie gehad. Zo heeft Alcalá la Real een aantal jaar de grens tussen het koninkrijk van Castillië en Granada gevormd, waardoor het een felbetwiste plaats was.

In de jaren daarna kwam men hier tijdens zo'n beetje iedere oorlog elkaar op de bek meppen. Zo is hier een flink robbertje gemat tijdens de Spaanse Onafhankelijkheidsoorlog, waarbij de troepen van Napoleon de stad innamen en nadat ze weer verdreven werden de hele stad in de fik besloten te zetten. De stad werd uiteraard weer opgebouwd, maar toen kwam een tijd later de Spaanse Burgeroorlog, wat er voor heeft gezorgd dat de stad grotendeels door de nationalisten werd verwoest.

Gelukkig staat na al die onzin het fort nog aardig overeind, hoewel je op de binnenplaats vooral veel ruïnes ziet. In de rest van de stad kom je maar weinig interessante gebouwen tegen. Een paar aardige parkjes, pleintjes en kerkjes, maar het is niet om over naar huis te schrijven.

Het prachtige fort van Alcalá la Real (Foto: Panoramio)
Het prachtige fort van Alcalá la Real (Foto: Panoramio)

De route
In de eerste kilometers van de rit rijden de renners over brede en behoorlijk rechte wegen. Het gaat een aantal kilometer licht naar beneden, maar al snel krijgen we te maken met de eerste kilometers in stijgende lijn. Een kilometer of vier gaat het vals plat omhoog, aan een procentje of twee. Heel denderend is het niet, we zitten nu nog aan de verkeerde kant van Granada. Na het eerste stukje omhoog gaat het drie kilometer naar beneden, over een rechte weg zonder bochten en dingen. Het is dan weer even vlak, voor het twee kilometer aan 3% omhoog gaat richting Puerto Lope, waar de coureurs na 15 kilometer doorheen fietsen.

De omgeving is gelijk aan dat van de vorige rit, we zitten immers in dezelfde buurt. Alcalá la Real werd al omgeven door de olijfbomen en die bomen blijven zich als een plaag verspreiden langs het parcours. Het klimmetje richting Puerto Lope was voorlopig het spannendste klimmetje en zelfs dat was niet heel spannend. Na een vlakke kilometer in het dorp gaat het buiten dit plaatsje weer anderhalve kilometer vals plat omhoog, waarna een wat langere en simpele afdaling volgt van een kilometer of vier. Na dit afdalinkje is er een kort knikje naar boven, waarna er een afdaling van vijf kilometer volgt. Nog steeds rijden de renners over dezelfde brede weg, met weinig bochten.

Dit eerste deel van de rit is behoorlijk eenvoudig. Vooral omdat het na de afdaling lang vlak is. We gaan op weg naar Granada, waar na 45 kilometer de tussensprint is. De weg richting Granada is zo goed als recht, wat het een beetje saai maakt. Na een tocht van een kilometer of vijf door de straten van de stad gaan de renners dan op weg naar de Sierra Nevada. Granada is uiteraard een bekende stad, een van de grootste van Andalucía. Ook een van de mooiste, vooral dankzij het Alhambra, het middeleeuwse paleis en fort op een heuvel boven de stad.

Het wereldberoemde Alhambra (Foto: WikiCommons)
Het wereldberoemde Alhambra (Foto: WikiCommons)

Zo'n beetje ieder jaar rijden we wel door Granada, op weg naar de Sierra Nevada. Zo waren we hier in 2015, om maar een willekeurig jaar te noemen. Toen waren we wel op weg naar een andere klim, La Alpujarra. Daar won niemand minder dan onze eigen Bert-Jan Lindeman, die daarna meteen op zijn hoogtepunt is gestopt met fietsen. Van Granada gaan we nu op weg naar een andere klim, die we ook al eerder hebben gedaan. Voor die klim begint gaan we eerst nog even een stukje fietsen richting Pinos Genil. In Granada is het zo goed als vlak, maar buiten de stad loopt het een kilometer of zes vals plat omhoog. Al kan je net zo goed zeggen dat het hier volledig vlak is, zeker in vergelijking met wat er na Pinos Genil gaat komen.

Na dit dorp begint de eerste echte klim van de dag immers. De Alto de Hazallanas, een lange klim die in twee delen opgesplitst kan worden. Tijdens het eerste deel van de klim fietsen we richting Güéjar Sierra en dit valt al bij al nog mee. Het gaat zeven kilometer omhoog, maar van die zeven kilometer is er maar eentje heel steil. Die kilometer gaat aan 7% omhoog, met een paar stroken boven de 10%. Verder gaat het een aantal kilometer aan 4% omhoog, of aan 5%. Na 65 kilometer koers rijden de renners door Güéjar Sierra en vlak voor dit stadje gaat het kort naar beneden, waarna het een kilometer zo goed als vlak is.

Na die vlakke kilometer gaat iets meer dan een kilometer behoorlijk steil naar beneden, over een smal weggetje. Aan het eind van deze afdaling komen de renners nog een scherpe haarspeldbocht tegen, maar verder is het goed te doen. Ze rijden over een bruggetje en steken de rivier Genil over, waarna het tweede deel van de Alto de Hazallanas direct begint. Dit tweede deel is veel lastiger en dat gaat iedereen ook meteen merken. Het gaat een kilometer lang omhoog aan 12%, met uitschieters richting 20%.

Na deze zeer steile kilometer gaat het een paar hectometer heel licht naar beneden, waarna het gewoon weer verder gaat aan meer dan 10%. Sterker nog, de kilometer die nu gaat volgen is de steilste van het geheel. Kilometertje aan 14%, met een strook aan 20%, is toch leuk. Daarna nog een kilometer aan 11%, met wat stukjes aan 16%, voor de gezelligheid. Na deze kilometers is de rest van de klim wel wat makkelijker, het gaat nog drie kilometer verder aan 7,5%. In totaal is dit tweede deel 7,4 kilometer lang en 9,6% gemiddeld. Na 74 kilometer komen de renners boven op deze Alto de Hazallanas, een klim van de eerste categorie. In totaal is de klim 17 kilometer lang en 5,5% gemiddeld.

Het uitzicht is de moeite wel waard (Foto: Panoramio)
Het uitzicht is de moeite wel waard (Foto: Panoramio)

De Alto de Hazallanas is een klim die pas rijkelijk laat is ontdekt. In 2013 kwam de Vuelta hier voor het eerst langs en het werd meteen een klim om nooit meer te vergeten. Chris Horner reed hier iedereen helemaal de vernieling in, nam de leiderstrui over van Dani Moreno en liet zien een serieuze kans te maken om de Vuelta te winnen. Nibali verloor liefst 48 seconden, er stond geen maat op Papy Horner. Opa had 23 minuten en 22 seconden nodig voor het steile stuk van de klim, een record dat nog wel even zal blijven staan.

In 2015 deed Alberto Contador een poging om het record uit de boeken te rijden, tijdens de Ruta del Sol van dat jaar. Hij won de rit glansrijk en versloeg Froome, maar deed daar wel 17 seconden langer over dan Horner in 2013. Deze klim is in ieder geval altijd goed voor flink wat ronkende motoren. Na deze Alto de Hazallanas zouden we linksaf kunnen slaan, dan rijden we gelijk richting de finish. Zou wel een korte rit worden, dus slaan we rechtsaf en dalen we af, terug richting Pinos Genil, hoewel we dat dorpje niet helemaal gaan bereiken.

De afdaling is zeker in het begin niet zo lastig. De klim richting de top was grotendeels smal, maar we sluiten nu aan op de hoofdweg en die is uiteraard een stuk breder. Het gaat in het begin niet enorm steil naar beneden en er zijn ook niet veel lastige bochten. In het middelste gedeelte van de klim gaat het wel wat steiler naar beneden en zijn er ook wat meer bochtjes, maar het wordt nooit heel ingewikkeld. Tussendoor zijn er ook nog een paar kleine knikjes naar boven en wat vlakkere stukken. Aan het eind van de afdaling wordt de weg zelfs nog een stuk breder, waardoor van enige moeilijkheid helemaal geen spraken meer is. Als je vierkant door de bochten gaat kom je nog veilig naar beneden, niks aan de hand.

Na de afdaling is het vier kilometer volledig vlak, terwijl de renners over een kaarsrechte weg terug naar Granada rijden. Vlak voor het binnenrijden van de stad slaan ze linksaf en rijden ze door een tunnel. Na deze tunnel is het nog drie kilometer vlak, terwijl men langs Huétor Vega fietst. We gaan nu op weg naar Monachil, want daar ligt de voet van de klim naar de Sierra Nevada. Richting Monachil loopt de weg anderhalve kilometer omhoog aan een procentje of vijf. Na 100 kilometer, op 29 kilometer van de finish, bereiken we dit dorpje.

We komen vandaag door Monachil (Foto: Panoramio)
We komen vandaag door Monachil (Foto: Panoramio)

Vlak voor Monachil is er een korte afdaling, waarna het in het dorp zelf zo goed als vlak is. Daar komt al snel verandering in, want na wat korte strookjes vals plat gaat het direct twee kilometer lang omhoog aan 11%, met ook een paar stroken aan 13%. We rijden langs Los Caharros, een prachtig natuurreservaatje, met onder meer een paar fraaie kliffen en wat hangende bruggen. Best geinig, maar daar zal verder weinig aandacht voor zijn. De renners rijden over een bochtige weg, die maar niet vlakker wil worden. De volgende kilometer is namelijk ook steil, het gaat aan 9,3% omhoog en dan zijn er ook nog eens een aantal uitschieters richting 14%.

Vervolgens gaat het twee kilometer omhoog aan iets meer dan 7%. Het wordt dus iets makkelijker, maar het blijft behoorlijk lastig, zeker omdat het daarna weer omhoog gaat aan 9,3%, met voor de gezelligheid ook nog stukjes die aan 15% hellen. Aan het eind van deze steile strook zwakt het wat af, waarna het zelfs even heel kort naar beneden gaat. Best een scherpe afdaling, maar niet zo lang. Daarna gaat het ook gelijk weer steil omhoog. We krijgen nog te maken met anderhalve kilometer klimmen aan 8%, met nog wat stroken aan 13%.

Daarna komen de coureurs na 109,5 kilometer boven op de Alto del Purche, die in totaal 8,5 kilometer lang is en 8% gemiddeld. Direct na de klim wordt er een halve kilometer door een donker bos afgedaald richting de slotklim. De weg is tijdens de klim niet zo heel breed, dus is het tijdens de korte afdalinkjes steeds opletten. Paar bochtjes, maar al snel bereiken we de grote weg, waar we een aantal kilometer geleden ook al overheen reden, net na de top van de Alto de Hazallanas. Toen ging het naar beneden, nu gaan we omhoog.

De omgeving op weg naar de slotklim (Foto: Panoramio)
De omgeving op weg naar de slotklim (Foto: Panoramio)

Na dit korte afdalinkje is het nog maar 19 kilometer fietsen tot de finish. We beginnen direct aan de slotklim, de klim richting Alto Hoya de la Mora. Eigenlijk is het bijzonder spijtig dat we bij Hoya de la Mora stoppen. Al jaren hoopt iedere liefhebber op een aankomst bovenop Pico Veleta. Als je naar Hoya de la Mora fietst ben je goed op weg, als je hier niet stopt met fietsen maar dezelfde weg blijft volgen kom je uiteindelijk uit bij Pico Veleta. Krijg je tien kilometer aan 7% voor terug, wat met die 19 die we nu al doen erbij een aardig klimmetje zou opleveren.

Voorlopig blijft het bij een droom, maar Hoya de la Mora is ook geen onaardig eindpunt. 19,3 kilometer aan 5,6%, de tweede berg die het predikaat categoría especial opgeplakt heeft gekregen. Het gemiddelde stijgingspercentage klinkt niet zo interessant, het is vooral de lengte en ook de hoogte die hier hun ding moeten doen. We klimmen naar 2500 meter boven zeeniveau, wat vooral voor Spaanse begrippen heel hoog is. De weg waar we over rijden is die naar het skiresort Pradollano. Best een populair oordje, waardoor de weg enorm breed is. Daardoor lijkt de klim ook gelijk een stuk vlakker dan het eigenlijk is.

De klim begint redelijk steil, met een paar kilometer aan 7%, daarna vlakt het wel wat af, waarna het verder gaat met een kilometer aan 8%, om vervolgens weer af te zwakken richting 5%. In het midden van de klim klopt het gemiddelde percentage aardig, het gaat daadwerkelijk een paar kilometer achter elkaar aan 5 à 6%. Op een kilometer of zes van de streep wordt het wel weer wat steiler met twee kilometer aan 7%, maar daarna wordt het weer wat makkelijker. Twee kilometer aan iets meer dan 4%, waarna het richting de streep in de laatste twee kilometer weer omhoog gaat aan 7%. Het blijft redelijk lastig tot aan de streep, in de allerlaatste meters van de rit is het zelfs bijzonder steil.

Het profiel van de slotklim van vandaag (Bron: Letour.fr)
Het profiel van de slotklim van vandaag (Bron: Letour.fr)

Mooi uitzicht onderweg (Foto: Panoramio)
Mooi uitzicht onderweg (Foto: Panoramio)

De finishplaats
We bevinden ons op bekend terrein voor de renners. De Sierra Nevada is een van de favoriete trainingsgebieden voor de renners. Talloze trainingskampen vinden hier plaats. Als je de route van vandaag via Streetview volgt kom je ook wat profrenners tegen onderweg. Zo hebben er vorig jaar juli vier Portugese eindbazen rondgereden op deze klim, twee van LA-Aluminios en twee van Sporting-Tavira. Kneuzenploegen in vergelijking met W52, maar alsnog zouden ze alle renners in de Vuelta volledig van de kaart vegen als ze mee mochten doen.

Deze klim komt dus vooral voor tijdens een trainingskamp, maar ook in de Vuelta hebben we de aankomst al een aantal keer eerder gezien. Vier keer eerder, om precies te zijn. Voor het laatst was men hier in 2009, toen David Moncoutié weer een van zijn goede dagen had. Hij wist de favorieten voor te blijven, waaronder Mosquera, Valverde en Gesink.

Vijf jaar eerder vond er een tijdrit plaats op de flanken van deze klim. 29 kilometer lang, vanuit Granada, over El Purche, naar Hoya de la Mora. Er werd met minuten gesmeten, Santi Perez reed iedereen totaal op een hoop. Alejandro Valverde werd tweede, op meer dan een minuut. De nummer 10 van die rit, Javier Pascual, deed er meer dan vier minuten langer over. Mooie tijden waren dat.

Ook in 1995 was er een rit met aankomst boven op de Sierra Nevada. Bert Dietz, of all places, won die rit. Kreeg hij cadeau van Laurent Jalabert. Later kwam hij alleen nog in het nieuws toen hij in 2007 aan de ARD vertelde hoe het er allemaal aan toe ging bij Team Telekom. Liep voor alle betrokkenen niet zo best af.

De Sierra Nevada is verder natuurlijk een gebergte, met meerdere bergtoppen boven 3000 meter. De hoogste van die toppen is Muhlacén, met 3482 meter boven zeeniveau. Pico Veleta doet het met 3396 meter boven zeeniveau ook niet slecht, maar helaas zien we al dat moois alleen in de verte liggen. We blijven hangen in de skiresorts die wat lager gelegen zijn. We rijden netjes om Pradollano heen, het grote skiresort in deze omgeving.

Hoya de la Mora ligt een stukje hoger, maar is ook een stukje kleiner. Het is vooral een uitvalsbasis voor mensen die graag naar de Pico Veleta willen klimmen. Op andere manieren kan je daar niet echt komen, aangezien er net buiten Hoya de la Mora een blokhutje is, waar een mannetje staat die controleert of niemand langs de gesloten slagboom probeert te glippen. De weg richting Pico Veleta is gesloten voor gemotoriseerd verkeer en voorlopig helaas ook voor Vuelta-verkeer.

Grandioze omgeving in de Sierra Nevada (Foto: Panoramio)
Grandioze omgeving in de Sierra Nevada (Foto: Panoramio)

Het weer & TV
In Alcalá la Real wordt het in de middag 29 graden, naar verhouding is het dus niet eens zo heel erg warm tijdens deze rit. In Granada, aan de voet van de Sierra Nevada, wordt het 32 graden. Er is geen kans op regen, maar het zou wel eens een klein beetje kunnen gaan waaien. Boven op de berg wordt het uiteraard een stuk frisser, maar nog steeds wel een graadje of 20. De wind zal er waarschijnlijk grotendeels in de rug staan, we kunnen dus reikhalzend uitkijken naar een nieuwe recordtijd.

De laatste en misschien wel lastigste rit van de tweede week begint om 13:49. Sporza begint om 13:30 met een uitzending, maar ik zou niet durven beweren dat ze dan ook gelijk naar Spanje gaan schakelen. Vermoedelijk krijgen we eerst biljarten te zien. De superprestige driebanden in Lommel, jazeker. Met commentaar van Chris Picavet, dat is dan natuurlijk wel weer helemaal fantastisch. Eurosport is er in ieder geval wel meteen vanaf 13:45 bij, dat wordt dus enorm genieten van José Been, wier walgelijke onkunde ons weer gaat doen huiveren. Als het vlakke eerste deel van de rit je niet echt kan interesseren schakel je best rond 15:30 in, rond die tijd gaan we beginnen aan de Alto de Hazallanas. De finish wordt uiteindelijk verwacht tussen 17:18 en 17:44.

Nog een mooie blik op de omgeving (Foto: Panoramio)
Nog een mooie blik op de omgeving (Foto: Panoramio)

Voorspelling & favorieten
De laatste rit van de week en het is een korte en explosieve rit. Bij een korte bergrit in Spanje denken we natuurlijk meteen terug aan vorig jaar, toen de buitengewoon korte rit naar Aramon Formigal ontzettend veel spektakel opleverde. Ook dat was de laatste lastige rit van de week, nadat de voorgaande rit een stuk langer en lastiger was. Dit jaar is het dan wel weer niet iets anders, aangezien deze rit niet onder hoeft te doen voor de vorige, qua lastigheid.

Het is jammer dat de rit niet een iets lastiger begint heeft, maar verder zou dit toch voldoende spektakel moeten kunnen opleveren. De Alto de Hazallanas is enorm lastig en ook El Purche is niet eenvoudig, als renners daar de knuppel al in het hoenderhok durven te gooien gaan we een mooie koers krijgen. Veel renners zullen ook wel moeten, aangezien we na de rustdag meteen een zo goed als vlakke tijdrit krijgen. De mindere goden op dat gebied moeten hier even schroeien.

Vanwege het parcours en vooral vanwege het feit dat het maar een korte rit is ga ik uit van een strijd tussen de klassementsrenners. Hopelijk barst het vroeg los, want de slotklim is in principe wat minder geschikt voor een mooie strijd. Daar gaat niet heel veel gebeuren als alles bij elkaar blijft, dus moet het voor die tijd maar vast exploderen.

1. Contador. Vooral vanwege de gunfactor. Bertje is natuurlijk bij uitstek de renner van de coupe en dit is een rit die daar ook weer geschikt voor zou kunnen zijn. Niet zo'n mooie aanloop als vorig jaar, maar alsnog zijn er wel wat mogelijkheden. Hem kennende gaat hij vast iets ondernemen op Hazallanas. Zo'n aanval wil nog eens mislukken, maar nu hoop ik dat het lukt.

2. Froome. Gaat gewoon zijn leiding consolideren. Op die laatste klim gaat niemand hem kunnen lossen en voor die tijd heeft hij vast nog genoeg ploeggenoten over om alles voor hem op te lossen. Denk dat de strijd om de eindwinst, voor zover die er nog is, na deze rit wel helemaal klaar is.

3. Lopez. Is de afgelopen dagen ontzettend goed bezig, maar mist tijdens deze rit wat steile stroken aan het eind. Als het wat minder steil naar boven gaat is het wat moeilijker om je te onderscheiden. Dat gaat hij alsnog wel doen, maar een spetterende demarrage waarna hij moet remmen in de bocht zit er hier niet direct in.

4. Nibali. Gaat hopelijk ook nog een keer iets moois ondernemen, maar dit lijkt me voor hem meer een rit waar hij op volgen aangewezen zal zijn. Als hij dat doet blijft hij wel in de buurt van de rest, kan hij daarna in de tijdrit een onoverbrugbare achterstand oplopen.

5. Zakarin. De taaie Tartaar van Tatarije had het een aantal keer lastig op La Pandera, maar kwam uiteindelijk toch als vijfde over de streep. Goed aan zijn eigen tempo vastgehouden, dat gaat tijdens deze rit ook wel van pas komen. Hij is niet zo goed als in de Giro, maar alsnog fietst hij hier relatief anoniem wat mooie ereplaatsen bij elkaar.