Wapeninspecteurs Syrië tevreden over start

De internationale inspecteurs die in Syrië toezicht houden op de ontmanteling van het Syrische chemischewapenarsenaal hebben naar eigen zeggen 'bemoedigende eerste vorderingen' gemaakt. De documenten die de regering in Damascus heeft overlegd zouden 'veelbelovend ogen'.

Wel 'is nader onderzoek nodig, met name naar de technische, en zijn enkele overige vragen nog niet beantwoord', verklaarden de inspecteurs donderdag. De ploeg deskundigen van de Verenigde Naties en de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPCW) hoopt volgende week te beginnen met veldonderzoek en de ontmanteling van de eerste productiefaciliteiten.

Een voorhoede van wapeninspecteurs arriveerde dinsdag in Syrië met de taak kwartier te maken voor de ontwapeningsmissie en voorbereidingen te treffen voor de herculestaak. De inspecteurs is door de Veiligheidsraad van de VN opgedragen het Syrische chemischewapenarsenaal voor medio 2014 te ruimen.

Eerst maakt het inspectieteam de fabrieken en laboratoria onklaar waar de verboden wapens worden vervaardigd. Dat karwei moet op 1 november voltooid zijn.

Of het veldwerk volgende week inderdaad van start gaat hangt af van de vorderingen van teams waarin inspecteurs en Syrische deskundigen samenwerken. Deze teams werken de details uit van de werkwijze van de VN-ploeg. Ze buigen zich over drie kwesties die de missie kunnen maken of breken: het controleren van de inlichtingen die Syrië over zijn chemische wapens heeft verstrekt, het waarborgen van de veiligheid van de inspecteurs en de praktische vereisten om de missie uit te voeren.

Eerder op donderdag vertrokken negen medewerkers van de OPCW uit hun hotel in het centrum van Damascus. Waar de colonne van drie voertuigen naar toe reed bleef onduidelijk.

In de Syrische hoofdstad bevinden zich nu negentien deskundigen van de OPCW en veertien van de VN. Volgende week krijgen zij versterking van een tweede cohort inspecteurs.