Gears of War 3-bèta

Gears of War is voor mij altijd een ietwat rare game geweest, voornamelijk in de online-afdeling. Waar de singleplayer je aanleert om dekking te zoeken en vijanden zo ver mogelijk van je af te houden, zeker in de hogere moeilijkheidsgraden, is de multiplayer meer een close-quartersgevecht. De beroemde en beruchte shotgun heeft al sinds de eerste game een reputatie door zijn formidable kracht, en vele spelers gebruiken deze als kruk in hun speelstijl. In plaats van dekking te nemen en van veraf op vijanden te schieten kiezen velen ervoor om als een circusartiest door de levels te rollen en hun tegenstanders van dichtbij kennis te laten maken met de Gnasher.

Dit stopt Epic in een benarde, niet te benijden positie bij het maken van Gears of War 3. De balans moet duidelijk worden aangepakt, maar hoe dat te doen zonder fans pissig te maken? Maak de Gnasher zwakker of, goden verhoeden, haal hem uit het spel en je haalt legio fanboys op je dak. In plaats daarvan heeft Epic een wapen toegevoegd wat perfect is voor de afstanden waarin de Gnasher nét niet dodelijk effectief is - de Retro Lancer. Minder accuraat dan de gewone Lancer, maar met een iets langere effectieve vuurafstand dan de Gnasher is dit wapen het ultieme bestrijdingsmiddel tegen de shotgunacrobaten op de medium-close-range. In plaats van de klassieke kettingzaag heeft dit wapen een bajonet onder zijn loop, die gebruikt kan worden om vijanden te spiezen als een stuk vlees en ze zo over je hoofd te gooien, mits je een rennende aanloop hebt.

Als speler maak je de keuze met welke twee wapens je elke match begint. Aan de ene kant is er de keuze tussen de Lancer, de Hammerburst en de Retro Lancer, en als tweede wapen de Gnasher of de Sawed-Off Shotgun. De Sawed-Off is nog sterker dan de Gnasher maar moet na één schot al herladen en dit duurt behoorlijk lang, wat de balans intact houdt. De andere twee wapens waar je standaard mee begint zijn Smoke Grenades en de Snub-Nose Pistol. Zoals de andere Gears-games kunnen andere wapens in de levels gevonden worden. Oude bekenden zoals de Boomshield, Mortar, Mulcher en kruisboog zijn weer terug, maar er zijn ook enkele nieuwe wapens, zoals de Digger Launcher. Deze schiet een ondergrondse granaat af alsof het een torpedo is, die automatisch ontploft als hij een vijand tegenkomt. Geweldig wanneer een heel team in King of the Hill bij elkaar staat. De bebloede lichaamsdelen vliegen je om de oren.

King of the Hill wordt in de bèta vergezeld door de standaard Team Deathmatch modus en Capture the Leader. Team Deathmatch werkt zoals je kan verwachten, met als uitzondering dat elk team een beperkt aantal respawns deelt. Het is vijf tegen vijf en elk team begint met vijftien respawns. Als deze op zijn lig je uit de match als je nog een keer gedood wordt, wat de spanning aardig verhoogt en kan lijden tot intense vuurgevechten tegen het eind van een potje. Het team dat beter als eenheid speelt komt hier duidelijk verder dan de einzelgänger.

Capture the Leader is een hele sterke nieuwe toevoeging. Beide teams hebben één persoon die aangewezen wordt als leider, die het andere team moet downen en oppakken als human shield. Daarna moet deze nog 30 seconden worden vastgehouden. Het andere team probeert dan natuurlijk hun leider te bevrijden, door op de gijzelnemer te schieten of hem met een smoke grenade te raken. Gaat het potje te lang door dan begint de overtime, waarin de benodigde tijd om te winnen steeds meer ingekort wordt. Hier is teamwork wederom van groot belang en de intensiteit van de potjes kan aardig oplopen. King of the Hill is niets nieuws - er verschijnt een zone ergens in het level die gepakt moet worden om punten te scoren, en het team dat het benodigde aantal punten scoort wint. Niet origineel, maar het werkt nog altijd heel lekker.

De nieuwe maps in deze bèta zijn zorgvuldig uitgekozen om alle modi in het beste daglicht te laten zien. De vier maps bieden voldoende afwisseling in esthetiek en speelgevoel. Twee van de maps, Checkout en Thrashball, zijn bijna helemaal symmetrisch. Checkout is een overhoop gehaalde supermarkt die betere dagen heeft gezien. Omgegooide schappen blijken prima dekkingspunten te zijn, die je in het midden van de map zullen moeten beschermen tegen de vijand, die recht tegenover je begint. Thrashball is een sportarena van de gelijknamige fictieve sport uit het GoW-universum, die beoefend wordt door Cole Train, die zelfs te spelen is in zijn tenue. Boven het midden van de map hangt een groot scorebord dat halverwege de match omlaag geschoten kan worden, tot grote spijt van degene die zich op dat moment eronder bevindt. Beiden maps zijn over het algemeen vlak, met genoeg dekkingspunten en enkele stukken aan de zijkant die afsplitsen van het grootste gedeelte van de maps. Deze lenen zich uitstekend voor hele nagelbijtende potjes Capture the Leader.

Oldtown en Trenches voelen wat groter doordat ze niet symmetrisch zijn en niet ontworpen zijn rond één centrale 'kamer'. Oldtown is een rustiek stadje met een mediterraanse sfeer, met een aantal kleine steegjes, fontijnen en een martkpleintje. Trenches, zoals de naam doet vermoeden, speelt zich af in loopgraven die zo nu en dan geteisterd worden door een verschikkelijke zandstorm die de zichtbaarheid tot net voor de ogen reduceert. De paniek slaat toe en iedereen grijpt meteen naar zijn shotgun. Door de mix van laag en hoog onderscheidt deze map zich van de andere, 'plattere' maps.

Al het multiplayergeweld wordt geregeld door een matchmakingservice die behoorlijk is verbeterd ten opzichte van Gears of War 2. Kies de mode die je wilt spelen en je zit waarschijnlijk binnen 30 seconden in een potje. Zijn er nog niet genoeg spelers, dan worden de lege plekken gevuld door bots. Dit zijn geen ideale tegenstanders maar ze volstaan, want het duurt nooit lang voordat een server vol zit. De dedicated servers van Epic doen hun werk prima, en tot nu toe lijkt alles behoorlijk stabiel. Als deze performance ook de retailversie van de game kenmerkt, zit het op het technische vlak zeker wel snor.

Gears of War 3 heeft natuurlijk ook een leveling systeem, het is immers 2011 en als je niet voor alles wat je doet punten krijgt dan hoor je er niet meer bij. Het vergaren van punten blijft in Gears of War 3 echter een stuk subtieler dan in de Call of Duty's van deze wereld. Tijdens een match word je niet om de oren geslagen met "Challenge Completed! +1000XP!", maar zie je pas achteraf hoeveel punten je hebt verdiend. Het enige wat tijdens de match op het scherm verschijnt, is als je een Medal hebt gehaald, bijvoorbeeld "Kill the enemy who killed you last". Deze Medals worden verdiend op een per-match basis en geven aan het eind bonuspunten. Er zijn ook permanente challenges om naartoe te werken. Zo zal het eerste doel bijvoorbeeld zijn "maak 10 kills met de Lancer" om daarna naar 100 kills, 250 kills, enzovoorts verder te gaan. Door deze doelen af te werken kunnen wapenskins en speelbare personages vrijgespeeld worden.

De trademark bloederige, opzettelijk lompe actie van Gears of War is nog altijd van kracht. Voor de diehard fans zal er weinig te klagen zijn. Het is eigenlijk milimeterwerk: een beetje de balans aanpassen hier, de matchmaking verbeteren daar, en vooral meer, meer, meer. Meer doelen om naartoe te werken, meer stats om te bekijken, nog bloederigere executies. Maar is dit niet precies wat de fans willen? Meer van wat ze al kennen, maar verbeterd op zo'n beetje alle mogelijke fronten. Cliffy B zou zeggen "bigger, better and even more badass".