'Bewaren van belgegevens in strijd met grondwet'

Het verplicht bewaren van telefoon- en internetgegevens is in strijd met de Europese grondrechten. Dat stelt advocaat-generaal Cruz Villalón donderdag in een zwaarwegend advies aan het Europese Hof van Justitie in Luxemburg.

Het bewaren van gegevens van internet- en telefoonverkeer door de telecomproviders is sinds 2006 geregeld in een Europese richtlijn. Volgens de advocaat-generaal is deze richtlijn een duidelijke inmenging in het privéleven van burgers. Daarom had de bewaarplicht veel duidelijker en per wet geregeld moeten worden. Alleen een richtlijn voor de lidstaten, waardoor die veel vrijheid hebben, is onvoldoende, stelt de advocaat-generaal.

In de richtlijn is geregeld dat telecomproviders de duur van telefoongesprekken, locaties van mobiele telefoons, namen, e-mailadressen, IP-adressen en de datum van in- en uitloggen moeten opslaan. De inhoud van gesprekken of e-mails worden niet opgeslagen.

De gegevens worden opgeslagen voor opsporingsdoeleinden voor zware criminaliteit. De advocaat-generaal stelt voor, gezien dit 'legitieme doel', om het bewaren van de gegevens niet direct te verbieden. Hij weegt daarbij ook mee dat de meeste lidstaten de gegevens niet twee jaar, maar korter bewaren.

In plaats van een direct verbod wil hij de Europese wetgever - het parlement en de Europese Raad - de kans bieden om het bewaren van gegevens alsnog wel goed te regelen. Dat moet echter wel binnen 'een redelijke termijn' gebeuren.

De advocaat-generaal is een adviseur van het hoogste gerechtsorgaan in de Europese Unie, het Europese Hof van Justitie in Luxemburg. Zijn conclusie is niet bindend, maar wel zwaarwegend. De rechters van het hof nemen het definitieve besluit.