Van 't hek met punten
Ik sta achter een hek met scherpe punten erop, bloed aan mijn handen, waarin de bal van mijn zoon.
Ik besluit de waarheid maar op te biechten.
"Ik sta hier achter dit hek."
"Maar waarom?"
De man met de teckel ziet er niet uit alsof hij ooit achter een hek met scherpe punten terecht zou komen.
Ik haal mijn schouders op en duw tegelijk de bal naar voren.
"Mijn zoontje..."
De man knikt.
"Gelukkig nieuwjaar, voor straks."
Hij wil verder lopen.
"Heeft u geen telefoon bij u?"
Hij schudt zijn hoofd, zwaait over zijn schouder en verdwijnt om de hoek, de kont van de teckel is het laatst levende wat ik dit jaar zal zien.
"Bel de brandweer!" schreeuw ik de lege oudjaarsavond in.
Ik moet plassen.
Zouden ze me niet missen, bij mijn schoonouders? En belangrijker nog, zou ons zoontje wel weer veilig binnen zijn? Waarom bleef hij niet gewoon even wachten, in plaats van weg te dribbelen en te roepen "ik ga vast, tot zo!"
Tot zo.
Ammehoela, tot zo.
Ik kan natuurlijk tussen de nu verlaten noodwinkels best plassen. Maar ik moet ook poepen, en soms wordt dat erger als je gaat plassen. Dan denkt je endeldarm, oooo, als er toch een afwaterplaats in de buurt is, dan wil ik ook wel!
Ik ben zo intelligent, dat zelfs mijn endeldarm kan denken. Ik lach niet om dit binnenpretje. Wel vraag ik me af of het een geschikte kop boven een interview in de VN zou zijn. Sinds mijn puberteit heb ik de hinderlijke gewoonte om geschikte koppen boven interviews in Vrij Nederland te bedenken. Inmiddels is de hoop dat er iemand bij Vrij Nederland op het idee komt om te bellen, met een andere reden dan om me een abonnement aan te smeren, allang in rook opgegaan.
Zucht.
Gelukkig is het een niet al te koude of natte oudjaarsnacht.
In de verte knallen ze af en toe, in wat het centrum van het dorp moet voorstellen, denk ik.
't Is een knappe flat in een behoorlijke buurt, maar wel een beetje afgelegen. Als er hier nou pubers met rotjes zou komen? Zo raar is het toch niet? Wonen er hier geen gezinnen met pubers dan? Ik ben toch ook met mijn zoon gaan voetballen op het parkeerterrein naast het ontruimde noodwinkelcentrum? Dan kan er toch zeker ook wel een puber op het idee komen om eens flink wat carbidbommen te ontsteken?
Carbidbommen, het favoriete woord van ons zoontje dezer dagen. Hij zit nu lekker op schoot bij zijn moeder, een oliebol weghappend. De gedachte aan oliebollen doet iets met mijn peristaltiek. Ik moet niet alleen maar plassen, ik moet nu gewoon een groot, schoon invalidentoilet hebben. Of een gewoon toilet, dat is ook wel goed. Maar ik moet in elk geval snel ontsnappen hier nu.
"Help!"
Het klinkt lang zo hard niet als ik het bedoel. Het klinkt een beetje iel zelfs. Er gaat dan ook nergens een raampje open. Ik denk aan mijn mobiel, op het zwartgelakte ovalen tafeltje in de gang van het appartement van mijn schoonouders. Wat is het stil, hier buiten.
Net als ik tussen de noodwinkels hurkend zit te poepen, hoor ik stemmen langskomen; een jongen en een meisje zo te horen. Verdomme, waarom schiet het nou niet op. Maar ik moet niks forceren, want met een oude Tempo heb je niet overdreven veel kans een slagveld in de bilnaad op te knappen. De stemmen sterven weg.
Verdomme. Ik kijk nog maar eens naar het hek, als ik tussen de barakken vandaan kom. Geen meterkast en verkeersbord, zoals aan de andere kant. Niets. Ook al had ik bij de commando's gezeten, dan nog. Ik ga met mijn rug tegen de spijlen zitten, op de grond. Met een oliebol en een glas Freixenet was het misschien nog best draaglijk geweest. Die man met die hazelip, kom, hoe heet-ie, die kan ik wel missen. Al is-ie best grappig. Niet Dolf Janssen, die andere, die man die dat ene programma doet met die Jood, Raoul nog wat, die zoon van die econoom, Heertje heet-ie, Raoul Heertje, en dan die ander, die met die hazelip en dat onverzorgde haar.
Maar een oliebol en glas champagne... Waarom is dat hek ook dicht? Er is hier in die lege noodwinkels werkelijk helemaal niets wat ook maar iemand zou willen kunnen hebben. Totaal leeg. Welke dorpse regelneef gaat er dan een hek op slot staan doen? Achterlijke.
Ik zit een beetje te soezen als het losbarst, in de verte. Ik sta op. Hier en daar wordt er een gordijn weggeschoven, en verschijnen grijze koppies voor een feestelijk verlichte kerstboom. Een enkele voordeur gaat open, een bejaarde gaat bij zijn buurbejaarde op bezoek om hem de beste wensen voor 2008 over te brengen. Ik roep: "Hee!"
Maar mijn stem kan niet tegen het vage knallen op kennelijk; in elk geval kijken de buurbejaarden niet om en gaan de voordeurtjes weer snel dicht. Doof ook zeker, dat krijg je op die leeftijd.
"Die rotjes worden elk jaar minder lijkt het, of niet, buur?"
"Wat zeg je?"
Mijn vriendin zal me nu wel missen, want dit is het moment dat we elkaar eerst zoenen en dan langdurig fijnknuffelen. Zo doen we dat elk jaar. Daarna gaan we op de hurken en doen hetzelfde met de kinderen. Daarna weer omhoog en een iets minder langdurig ritueel met haar vader en moeder. Daarna gaat iedereen champagne drinken, en door het raam naar het vuurwerk kijken en zeggen of het nou meer of minder is dan vorig jaar.
"O, kijk die eens, die paarse."
Ik kijk naar het vuurwerk boven het dorpsplein, het is een treurig spektakel vergeleken bij wat je in Amsterdam ziet. Volgend jaar moeten ze maar naar ons komen hoor. Dan moeten ze maar op een luchtbed in de woonkamer slapen.
Jan Jaap van der Wal, zo heet-ie. Jan Jaap van der Wal, verdomd, dat was het. Grappige kerel wel. Oliebollen, jointje, cabaret op tv. Goeie combi. En dan om twaalf uur champagne en goed veel vuurpijlen aansteken, die hele eindejaarsbonus de lucht in knallen. Allemaal beter dan tussen de verlaten noodwinkels in een k-dorp (waar niemand de moeite neemt naar je op zoek te gaan) te zitten kijken naar anderhalve nep-pijl vijf kilometer verderop.
Van ver, uit een soort mist, klinkt mijn naam. Ik ben in slaap gevallen. Langzaam kom ik uit de mist naar boven, mijn naam klinkt helemaal niet van ver, maar van vlakbij. Al zit er wel een hek met scherpe punten tussen.
"Wat doe jij hier nou? Ik heb me gek gezocht!"
Mmm. Dat kan een gezellige nieuwjaarsnacht worden, not. Niks het jaar inwijden. 2008, pff. Lekker begin.
"Pa haalt een ladder. Ik hoop dat we hem erover heen krijgen."
"Mooi. Kon die kleine niet zeggen dat ik hier zat?"
"Die viel op de bank in slaap, zowat nog voor hij binnenkwam. Hij zei dat je zo kwam, dat je de bal moest pakken."
Ik knik.
We kijken elkaar even aan. Dan lacht ze me uit.
"Sukkel."
Ik lach ook maar.
"Het stinkt er nog naar poep ook," zegt ze meewarig, en ze schudt haar hoofd op een manier die mij duidelijk moet maken dat ze echt niet begrijpt wat ze in me gezien heeft, ooit.
Alle columns in de oud-en-nieuw-special (te verschijnen op nevenstaand tijdstip):
05:00: superworms \"Nawoord en bedankjes\"
18:00: bazbo's \"bazbo bakt ze bruin\"
20:00: kassameisjes \"Een heet en spannend nieuwjaar\"
22:00: tuvokki's \"Nieuwjaar met een onbekende\"
00:00: Danny's \"Renate Verbaan; gelukkig nieuwjaar!\"
02:00: SunChasers column (verrassing!)
04:00: bazbo's \"De uitverkorene\"