Grand Prix van Japan halverwege gestaakt door regen, wel volledige punten

De Grand Prix van Japan in de MotoGP is uitgelopen op een kleine anticlimax. De eerste helft van de race leverde genoeg spanning en actie op, gelukkig, maar de tweede helft viel letterlijk in het water en werd niet meer verreden.

Sprintracewinnaar Jorge Martin stond op poleposition, naast WK-leider Francesco Bagnaia (Ducati) en KTM-rijder Jack Miller. Op rij twee stonden Brad Binder met zijn KTM op plek vijf, tussen de Ducati's van Marco Bezzecchi en Fabio Di Giannantonio, met Honda-coureur Marc Marquez en de Aprilia's van Maverick Viñales en Aleix Espargaro op de derde rij.

Het miezerde in Japan en dat maakte het erg lastig, maar men begon in elk geval op de slicks. Zarco en Viñales gingen in bocht één al in de clinch, waarbij Viñales onderuit ging. Gelijk daarna werd de witte vlag gezwaaid, wat betekent dat rijders naar binnen mogen om van motor - en daarmee dus banden - te wisselen.

Na de openingsronde kwam de hele meute gelijk naar binnen voor de fiets met regenbanden, op een enkeling na: Michele Pirro, Fabio Quartararo, Stefan Bradl, Franco Morbidelli en Cal Crutchlow - min of meer de achterste vijf in het veld - bleven wél buiten en namen dus een forse fok. Martin kwam als eerste van het grote veld weer buiten, voor Espargaro, Marquez, Miller en Bagnaia.

Quartararo en Crutchlow kwamen een ronde later toch maar binnen, de slicks waren inmiddels veel te traag op de alsmaar natter wordende Twin Ring. Martin had het echter ook lastig en maakte een fout, waardoor hij een volle handvol posities inleverde. Morbidelli werd snel bijgehaald door het veld, Bradl kwam een ronde na Quartararo ook binnen en Ducati's eeuwige reservecoureur, Pirro, kwam vanaf de leiding als laatste ook maar naar binnen.

Terwijl Espargaro de leiding in handen hield werd Marquez weer teruggepakt door Bagnaia en Martin, die het vertrouwen na zijn bijna-uitglijder weer terug leek te hebben. Binder kende juist geen beste race: de nummer vier in het WK was weggezakt naar de tiende plek en ging vanaf die positie onderuit. Espargaro's grip was na een ronde of zes ook in één klap weg: Martin, Bagnaia, Bezzecchi, de sterk rijdende Miguel Oliveira en Marquez gingen er simpel voorbij.

Richting de helft van de race begon het ineens toch een stukje harder te regenen, wat Oliveira minder leek te liggen: Marquez en toch ook Espargaro gingen er voorbij. Marquez ging alsmaar harder rijden, relatief gezien uiteraard, en ging langs Bezzecchi om vervolgens de jacht op Bagnaia te openen. Bijna exact halverwege de race begonnen de eerste tekenen van aquaplaning zich voor te doen en vrijwel gelijk stak uitgerekend Marquez zijn hand op, wat direct werd gevolgd door een begrijpelijke rode vlag.

Om bij een eventuele herstart mee te mogen doen moest een ieder binnen vijf minuten terug zijn in de pitstraat. Uiteraard geen probleem voor het gros van de coureurs, maar Zarco was flink onderuit gegaan en moest worstelen om zijn flink beschadigde Ducati binnen te krijgen - met succes, dus er kon aan gewerkt worden.

Na een tijdje wachten konden we toch weer verder, maar dat gold niet voor Zarco: hij was wel binnen vijf minuten in de pitstraat, maar had een stuk afgesneden. Oliveira was nét voor de rode vlag naar binnen gekomen, maar mocht juist wel weer starten, omdat men voor de herstart de stand van kort voor de rode vlag pakte.

Toch eindigde het met een anticlimax: tijdens de formatieronde werd toch de rode vlag weer gezwaaid, het was simpelweg nog te nat. Daarmee werd ook besloten dat de race afgelopen was en omdat meer dan vijftig procent van de afstand was verreden werden er volledige punten uitgedeeld. Martin pakte zo de overwinning en komt zo in het WK tot op drie punten van Bagnaia, die de tweede plek pakte, terwijl Marquez het podium completeerde.