Is fulltime werken de oplossing?

Mariëlle Paul, demissionair minister van Primair en Voortgezet Onderwijs, zou graag zien dat leraren meer uren per week gaan werken. Liefst fulltime. Dat zou een grote stap betekenen in het wegwerken van het vooralsnog alomtegenwoordige lerarentekort. Ze krijgt behoorlijk wat bijval, maar er gaan ook andere stemmen op. Is meer fulltimers voor de klas de heilige graal?

Ja

Een groep kinderen die de hele week dezelfde leraar heeft, functioneert mijns inziens beter dan een groep waarin meerdere gezichten de revue passeren. Die ene leerkracht draagt de verantwoordelijkheid, kan inspringen op zaken die op andere dagen gebeurd zijn en kent zijn/haar kinderen het best. Ook op teamniveau ben je gebaat met fulltimers. Je team wordt automatisch kleiner en daardoor minder log. Je hoeft niet aan werkdagen te denken bij het plannen van vergaderingen: iedereen is er altijd. Ideaal. Deze mensen zijn ook allemaal erg gecommitteerd, want zij zullen geen tijd hebben om naast hun baan als leerkracht nog iets anders te ontplooien, zoals een eigen bedrijf of vrijwilligerswerk.

Nee

Omdat je zoveel vakantie hebt, concentreert het werk van een leraar zich in 40 schoolweken. Op papier – volgens de CAO – werkt een fulltimer ongeveer 41,5 uur per week; in de realiteit is dit aantal uren echter veel hoger. Het beeld van de meester die samen met zijn leerlingen het lokaal verlaat om daarna thuis op zijn luie stoel de krant te gaan lezen: verder van de werkelijkheid kun je haast niet zitten. Een gemiddelde leerkracht krijgt het werk dat van hem/haar verwacht wordt niet af binnen de tijd die ervoor gesteld is. Meer dan eens per week wordt er in de avonduren nagekeken of voorbereid. Doordat je in de klas voortdurend ‘aan’ moet staan, zijn leerkrachten aan het einde van de week vaak compleet gesloopt en willen zij kunnen bijtanken in het weekend, of dus op een dag dat zij niet werken. Vaak hebben leerkrachten zelf kinderen, en daar moet ook voor gezorgd worden. Ons salaris is niet toereikend om ons kroost de hele week naar een buitenschoolse opvang te sturen, die overigens vaak ook gewoon vol zit.

Als ik het dan zo goed weet…

Wat dan wel? Hoe kunnen we schoolgaande kinderen bieden wat ze nodig hebben, gelijke kansen stimuleren, nieuwe leerkrachten werven, de resultaten van ons onderwijs uit het slop trekken? Ik heb wel wat ideeën, maar geen van deze oplossingen kan ik zelf afdwingen. Komen ze, in willekeurige volgorde van haalbaarheid en/of effect: een beter salaris voor leraren, hogere eisen aan pabo’s, kortere zomervakanties, kleinere klassen, een strengere inspectie, werken met targets en anders wieberen. Zo, nu leg ik al deze ballen weer bij anderen. Want zo hoort het, dat doen wij namelijk al jaren. Never change a losing team.

Dit item is geschreven door Bas van Kaf.