Muze
Het mag duidelijk zijn; ik hou van muziek, maar meer nog van wat muziek met mij en anderen doet. Zo sprak ik diezelfde zaterdag een oud-collega van mijn vader, een enorme symforockliefhebber. Sinds hij internet heeft, is hij weer helemaal bezig met muziek, een geluk dat hij tijdens het opgroeien van zijn kinderen grotendeels heeft moeten missen. Andere prioriteiten. Wanneer deze man over muziek praat, wordt hij jaren jonger. De rimpels uit zijn gezicht lijken te vervagen. Stilgezeten heeft hij de laatste jaren niet, want de tijd die hij gemist heeft, haalt hij met sprongen in. Mijmerde hij twee jaar terug nog over hoe goed de symforockers van weleer waren, tegenwoordig heeft hij het over nieuwe bands en nieuwe cd's, Ayreon, Porcupine Tree, zelfs Opeth. Hij is weer helemaal bij de tijd, en dat allemaal dankzij het wonder dat internet heet.
Wanneer je een band uit het oog verloren band, of toch zo benieuwd bent naar dat ene groepje dat in 1968 hun eerste en laatste psychedelische 7" uitbracht, kun je het zo googlen, want het staat er allemaal op. De verbazing die de man, de ex-collega, uitstraalt wanneer hij dit allemaal vertelt, is geweldig. Met bijna hetzelfde enthousiasme als waar hij mee over Pink Floyd spreekt, vertelt hij hoe hij op zoek is gegaan naar alle informatie die hij kon vinden over band X. Nog nooit is het makkelijker geweest om aan informatie en non-informatie over een bepaald onderwerp te komen. Prachtig, bijna net zo mooi als dat album van Nick Cave in de auto.
Zijn enthousiasme werkt aanstekelijk, want sinds afgelopen weekend ben ik weer naarstig op zoek gegaan naar informatie over bands waar ik al een tijdje niets over had genomen, en heb ik wat oude albums van lagen stof ontdaan. Platen waar ik dacht al jaren op uitgekeken te zijn, weten me weer te boeien en te inspireren. Bedankt, J.