De jongen met de grote ogen

In een trein die op de metro leek, van Rome naar Ostia, kwam ik hem tegen. Die bijzondere jongen van rond de 10 jaar die een ongekende invloed op zijn omgeving ging hebben. Misschien wel op de wereld als hij zou opgroeien onder de juiste omstandigheden. Langzaam stonden ze op, de mensen van het tijdperk van Aquarius. Overal om me heen waren ze al te vinden. Enkel deze sprong eruit door de kracht en onschuld in zijn ogen.

Rationaliteit en gevoel (spiritualiteit).
Voor degenen die de Celestijnse Belofte hebben gelezen zal wat ik nu ga zeggen niet vreemd in de oren klinken. Maar op dit moment zijn wij mensen op de aarde al het contact (gevoel) met de wereld verloren. We denken enkel nog maar in termen van begrijpen en redeneren en gevoelens zijn hieraan ondergeschikt geworden. Nu heb ik het niet over liefde, maar over de verbintenis met de aarde, onze voorvaderen en de weg die wij nog moeten bewandelen. Het tijdperk van Aquarius gaat hier langzaam verandering in brengen als mensen, die zich bewust worden dat er nog veel meer is dan huisje, breedbeeld en gsm, in zichzelf keren en gaan leren vertrouwen op hun intuitie. Wanneer men gaat trachten hun levensvraag op te lossen en merkt dat het universum één is. Alle mensen zijn gelijke zielen met hun eigen weg. We komen elkaar tegen omdat dat moet.

De jongen had diepbruine grote ogen die verwonderd de wereld inkeken. Ik keek hem diep aan en hij was wat schuchter, maar de kracht die van hem uitging was ongelooflijk. Het was geen wereldleider maar iemand die de mensheid in contact kon brengen met zijn diepste verlangens. Technisch zijn we er klaar voor, nu hadden we nog enkele 'verlichten' nodig om ons voor te gaan op de weg waarin deze technologie geen doel op zich meer was maar een middel werd tot zelfverwerkelijking. Dit jongetje bezat deze kennis.

Zijn vader had een T-Shirt aan met Big Daddy erop. Hij moest eens weten wat voor kind hij had. Ik dronk van mijn fles water zoals ik dat elke minuut deed in Rome. Het jongetje begon wat te schuifelen en vroeg aan zijn vader ook water. In plaats van het flesje aan zijn mond te zetten bood hij hem mij aan. Zijn vader keek wat ongemakkelijk. Ik glimlachte vriendelijk en wilde dat er manier was om hem duidelijk te maken dat hij een zoon uit duizenden had gekregen. Net zoals ik dat in de catacomben van St. Callisto onze gids had kunnen duidelijk maken, dat haar geloof in het Christendom puur was en rechtstreeks uit het hart kwam. Haar laatste toespraak had ons allen in de ban gehouden. Geen van de aanwezigen was beleidend Christen maar een ieder wist dat wanneer we het toch zouden zijn dit de manier was. Ik had haar een briefje geschreven met mijn oprechte dankbaarheid voor het zien van deze simpele puurheid van hart. Ze gaf mij een kruisje, en de boodschap dat 'whichever God I believed in should be with me and guide me on the road of live.' Hierdoor werd ik me nog meer bewust van haar kracht. Diep in haar hart wist ze dat het niet uitmaakte welke vorm van geloof men beleed. Als het maar puur was.

Uiteindelijk waren alle geloven geboren uit ons zelf. Ze waren ons gegeven om ons in contact te houden met het spirituele. Uiteindelijk waren alle geloven gebaseerd op één fundamenteel principe. Geestelijke groei en liefde. Een puur hart heeft enkel maar liefde om te geven. Geen noodzaak tot bekeren. Men oogst wat men zaait. Uiteindelijk zou een ieder dit begrijpen, zou een ieder zien dat het grootste geloof wat men kon hebben de puurheid van hart was. Er was geen één waarheid maar als er één universele waarheid zou zijn dan was het dat een ieder zijn eigen weg ging met net zoveel liefde voor zichzelf als de ander.

Ik hield het kruisje in mijn hand en keek in de grote bruine ogen van het jongetje. Langzaam strekte mijn arm zich uit en mijn hand opende zich voor zijn ogen. Hij leek te begrijpen dat het kruisje niet was gekocht maar gegeven uit liefde en dankbaarheid. Zijn vingers pakten het, zijn ogen bekeken het met een warme blik, hij gaf het terug. Een glimlach verscheen op zijn gezicht en zijn ogen knipperden zoals men knippert wanneer men iemand dankbaar is en begrijpt.

Ik was een druppel in zijn emmer die eens zou gaan overstromen.