Vijf gametips voor de maand mei

Splatoon

Splatoon is een vier tegen vier third-person shooter uit de stallen van Nintendo, waarin het verven van een bepaald gebied centraal staat. Door te schieten met je wapen, verf je een deel van de map in de kleur van jouw team. Tot zover zijn er twee online gamemodi bevestigd. In ‘Turf War’ win je als jouw team meer dan vijftig procent van de map in bezit heeft aan het einde van de ronde. De tweede modus, ‘Splat Zone’, heeft een king of the hill-opzet. De game klinkt simpel van opzet, maar er komt meer bij kijken dan je denkt. Als Inkling (een soort inktvis mensen) kun je bijvoorbeeld door de verf van jouw kleur zwemmen, om jezelf sneller te verplaatsen. Ook is het op deze manier mogelijk over muren en onder hekken zwemmen. De maps zijn dus een dynamisch speelveld, waarin alles mogelijk is.

Daarnaast heb je een groot arsenaal aan wapens. Met een primair wapen (bijvoorbeeld een sniper rifle, een grote verfroller of een normaal machinegeweer), een secundair wapen (bijvoorbeeld een granaat of verfsproeier) en een speciaal wapen (bijvoorbeeld een schild of luchtsupport) is er van alles mogelijk en moet je goed opletten welke uitrusting jouw team en je tegenstanders hebben, om de juiste tactiek te kiezen.

Een singleplayer modus is ook aanwezig. Hierin staat platformen en puzzels oplossen centraal, terwijl je het slechte Octarian leger probeert tegen te houden. Ook een offline multiplayer modus voor twee personen is aanwezig, waarin je elkaars ballonnen moet kapot schieten. Of dit leuke extra’s zijn of modi die lang gespeeld worden moet nog blijken, maar de focus blijft liggen op het online gedeelte.

Helaas zijn er ook rare beslissingen gemaakt tijdens de ontwikkeling van Splatoon. Zo is er geen enkele vorm van communicatie aanwezig. Of je nu hoopte op voice chat, tekst chat of communicatie via rooksignalen: helaas. Een rare beslissing van Nintendo, aangezien je in een tactische shooter op zijn minst de optie wilt hebben om zaken te kunnen overleggen. Hoe dit de online community beïnvloedt moet nog blijken. Daarnaast is er uiteraard amiibo-ondersteuning. Op zich geen slecht iets, maar de woorden ‘pay to win’ zijn al gevallen. De amiibo geven namelijk extra wapens en uitrusting die anders niet te bemachtigen zijn. Dit kan een oneerlijk voordeel opleveren, afhankelijk van de kracht van deze wapens.

De potentie is er dus zeker in deze zeer charmante en kleurrijke game, maar hoe alles samenvalt moeten we gaan zien vanaf 29 mei, wanneer de game exclusief op Nintendo Wii U beschikbaar is.