Nederlands bedrijf legt kunstgras in Somalië

Het Nederlandse bedrijf Greenfields gaat na Eredivisieclubs Heracles Almelo en PEC Zwolle ook het Banadir-voetbalstadion in de Somalische hoofdstad Mogadishu voorzien van kunstgras. Als het aan de plaatselijke voetbalbond ligt speelt het Somalisch elftal straks op de mat uit Nederland.

"Somalië is een beetje een lastig land", zegt Anton Winters, projectcoördinator bij Greenfields in Overijssel. "Maar het is ook een uitdagende klus."

Mogadishu stond jarenlang bekend als 'de gevaarlijkste stad van Afrika'. Clanmilities, krijgsheren en moslimextremisten streden er onophoudelijk om de macht. Eerder dit jaar heroverde een Afrikaanse interventiemacht de stad. Nu krabbelt Mogadishu langzaam op.

Een installateur van Greenfields is sinds zaterdag in Mogadishu om toe te zien op de aanleg van het kunstgrasveld. Dat moet 20 december klaar zijn.

Greenfields heeft al in meer dan veertig Afrikaanse landen een kunstgrasveld neergelegd. Het wereldwijd opererende bedrijf doet dat in opdracht van de FIFA. De wereldvoetbalfederatie steunt zo het voetbal in Afrika. De kunstgrasmat in Mogadishu kost 695 duizend dollar.

Somalië is een van de laatste landen die een kunstgrasveld krijgen. Greenfields wilde er in 2008 al aan de slag maar het geweld stond dat in de weg. Het kunstgras kon uiteindelijk afgelopen juni naar Mogadishu worden verscheept. Een lokale onderaannemer legde het grootste gedeelte van het veld aan. De installateur uit Nederland is nodig voor de afronding van het project.

De nationale ploeg speelde vroeger altijd in een ander stadion in Mogadishu, maar dat dient nu als legerbasis voor de Afrikaanse interventiemacht. Door de onveiligheid werkte het Somalische elftal zijn 'thuiswedstrijden' de afgelopen jaren af in omliggende landen.