Vierschansentournee 2015/2016 - FOK!sport Tourneegids
6. De Tournee: hoe werkt het precies?
De Vierschansentournee is niet alleen door de prestige, maar ook vanwege het format anders dan alle andere wedstrijden. Zo krijgt de winnaar van een wedstrijd niet een vast aantal punten, zoals in de World Cup, maar worden van elke springer de scores van de vier wedstrijden bij elkaar opgeteld. Een springer die één keer enorm tegenvalt is dus al bijna kansloos voor de eindzege en dus is het van enorm belang om constant goed te springen.
Ook de wedstrijden zelf kennen een ander format dan normaal. Tijdens de gewone World Cup-wedstrijden beginnen doorgaans rond de zeventig springers aan de kwalificatie, gaan de beste vijftig naar de eerste ronde en de top-30 mag naar de finaleronde. In de tournee werkt het anders: ook hier mogen de beste vijftig uit de kwalificatie door naar de eerste ronde, maar daar wordt gewerkt met een knock-outsysteem. De nummer één van de kwalificatie springt tegen de nummer vijftig enzovoorts. Doordat de top-10 in de World Cup automatisch gekwalificeerd is en de kwalificatie dus nog wel eens laat schieten kunnen op die manier interessante duels ontstaan.
De 25 winnaars van de rechtstreekse duels gaan door naar de finaleronde. Zij worden aangevuld met de vijf beste verliezers, de lucky losers. Dit systeem eist nog wel eens een voornaam slachtoffer en dus zorgt het vaak voor een extra bron van spanning. In de finaleronde worden de punten opgeteld bij die uit de eerste ronde, zoals in elke wedstrijd gebeurt. De springer met de meeste punten wint uiteraard de wedstrijd, waarbij in de finale de volgorde aangehouden wordt met de beste springer uit ronde één die als laatste naar beneden gaat.
