James Bond special - Ian Fleming
Ian Fleming
Ian Fleming werd geboren op 28 mei 1908 in Londen. Fleming werd opgeleid op Eton en de Koninklijke Militaire Academie Sandhurst en vertrok naar het buitenland om vreemde talen te studeren. Aan het begin van de oorlog werd hij aangenomen als persoonlijk assistent van de directeur van Naval Intelligence admiraal John Henry Godfrey, en raakte betrokken bij meerdere operaties. Zo werd door Fleming Operation Goldeneye opgezet, dat ervoor moest zorgen dat de Britten nog steeds via Gibraltar konden communiceren als Spanje zich eventueel bij de vijand zou aansluiten. Vanaf 1944 krijgt hij de leiding over de 30 Assault Unit. Fleming zou in deze tijd veel inspiratie opdoen voor zijn latere James Bond-boeken.
Aan het begin van de vijftiger jaren begint Fleming met het schrijven van zijn spionageverhalen. De hoofdpersoon werd een geheim agent van MI6; de Britse inlichtingendienst. Voor de naam van het personage liet Fleming zich inspireren door de schrijver van Birds of the West Indies, de ornitholoog James Bond. Bonds codenummer werd 007, de dubbele 0 stond volgens Fleming voor de 'license to kill'. In het najaar van 1952 reist Fleming naar Jamaica waar hij een huis genaamd GoldenEye heeft. In het huis zou Fleming een groot gedeelte van zijn verhalen schrijven. In april 1953 verschijnt Casino Royale. Bij het grote publiek bleef het boek vrij onopgemerkt. In 1954 verschijnt Flemings tweede boek Live and Let Die, die zich grotendeels afspeelt op Jamaica. Na Moonraker (1955) en Diamonds Are Forever (1956) verschijnt in 1957 het boek dat zelfs tot de favoriete boeken van de Amerikaanse president John F. Kennedy mocht worden gerekend: From Russia With Love.
In 1954 is CBS met Climax Mystery Theatre de eerste die een verfilming maakt van een verhaal van Fleming. In de televisieserie werd elke keer een thriller verfilmd in de vorm van een toneelstuk. Casino Royale werd in drie delen uitgezonden met Barry Nelson in de rol van Jimmy Bond! In 1958 verschijnt het volgende boek van Fleming waarin Bond een nieuw wapen aangemeten krijgt. In plaats van 'het damespistooltje', een Beretta, krijgt bond nu een Walther PPK. Fleming was hier op gewezen door de wapenexpert Geoffrey Boothroyd en bedankte hem door middel van de toevoeging van het personage Major Boothroyd aan het verhaal. In de films zou deze nog bekender worden onder zijn pseudoniem Q.
De opkomst van James Bond.
In 1958 laat CBS weten wel zin te hebben om een serie over de geheim agent te maken en Fleming heeft daar wel oren naar. Toen de serie alsnog niet doorging werden de nieuw ontwikkelde verhalen bewerkt tot de verhalenbundel For Your Eyes Only (1960). De bundel bestond uit de korte verhalen From a View to a Kill, For Your Eyes Only, Quantum of Solace, Risico en The Hildebrand Rarity. Voor een film begint Fleming aan zijn scenario getiteld Longitude 78 West. In dit verhaal zien we onder meer de opkomst van SPECTRE, een organisatie opgebouwd uit leden van SMERSJ, de Gestapo, de Mafia en de Tong. Het filmplan verdwijnt ook alweer in de ijskast maar Fleming herschrijft het verhaal en publiceert het in 1961 onder de titel Thunderball. De film was het eerste deel van de Blofeld-trilogie. In hetzelfde jaar slepen McClory en Whittingham Fleming voor de rechter wegens plagiaat wat resulteert in een hartaanval voor de schrijver en een schikking met de co-auteurs.
In 1962 verschijnt The Spy Who Loved Me waarin Fleming van een nieuwe schrijfstijl gebruik maakt. Het verhaal word vertelt vanuit het perspectief van de fictieve hoofdpersoon Vivienne Michel. In het boek lezen we het levensverhaal van Michel tot op het moment dat Bond haar bij toeval redt van twee moordenaars. Eind 1961 verkoopt Fleming voor 50.000 dollar de rechten voor het verfilmen van de James Bond-verhalen aan Harry Saltzman. Samen met Albert R. Broccoli richt deze vervolgens EON Productions op. In 1962 wordt Dr. No als eerste Bondroman verfilmd. Fleming hoopte dat de rol van James Bond naar David Niven of Roger Moore zou gaan. Ook zijn stiefneef Christopher Lee werd door hem aanbevolen. De rol ging uiteindelijk naar Sean Connery. Fleming was daar in eerste instantie niet zo blij mee maar liet zijn goedkeuring blijken door de geheim agent in het verhaal On Her Majesty's Secret Service een Schotse vader te geven. Het boek zou in 1963 verschijnen.
(bron: Leeuwarder Courant 12-08-1964)
Op 12 augustus 1964 overlijdt Fleming na een hartaanval. Posthuum verschijnt zijn laatste boek The Man With The Golden Gun dat volgens onbevestigde geruchten zou zijn voltooid door een ghostwriter. In 1966 verschijnen de laatste verhalen van Fleming in de bundel Octopussy and The Living Daylights. Deze bundel bestaat uit de verhalen Octopussy, The Living Daylights, The Property of a Lady en 007 in New York.
(bron: Leeuwarder Courant 13-08-1964)
(bron: Leeuwarder Courant 10-11-1964)
De opvolgers.
Na de dood van Fleming verschijnen er nog verhalen rondom het personage van James Bond van de hand van andere schrijvers. Zo verschijnt in maart 1968 het boek Colonel Sun van Kingsley Amis onder zijn pseudoniem Robert Markham. Het zou daarna tot de vroege jaren tachtig duren voordat een schrijver zich weer durfde te wagen aan nieuwe avonturen van de geheim agent. In 1981 verscheen met Licence Renewed de eerste van zestien James Bond-romans van de hand van John Gardner. Gardner was de eerste schrijver die boeken zou schrijven gebaseerd op de scripts van Licence to Kill (1989) en GoldenEye (1995). Daarnaast werden elementen uit andere Bond-boeken van Gardner gebruikt voor onder meer The World Is Not Enough, A View To A Kill en The Living Daylights. In 1996 stopte Gardner met schrijven van de 007-boeken, waarna uitgever Glidrose Publications Raymond Benson koos om het werk van Fleming voort te zetten.
De keus van Glidrose Publications voor Benson was op zijn minst controversieel te noemen. De jonge schrijver was van Amerikaanse afkomst en doorbrak daarmee de traditie van een Engelse schrijver. Benson had in 1984 al het boekwerk The James Bond Bedside Companion uitgebracht en had daarmee een grote naam gemaakt bij de vele fans van 007. Ook was benson bij de liefhebbers van de James Bond rpg-games uit de jaren tachtig bekend. In totaal zou Benson zes boeken, drie korte verhalen en een drietal boeken, gebaseerd op bestaande scenario's afleveren. Nadat Benson afscheid had genomen van het Bondgenre werd de fakkel overgenomen door achtereenvolgens Sebastian Faulks (Devil May Care - 2008), Jeffery Deaver (Carte Blanche - 2011) en William Boyd, van wie in 2013 een nieuw James Bond boek gepland staat. Daarnaast verscheen er tussen 2005 en 2008 een vijftal boeken (Silverfin, Blood Fever, Double Or Die, Hurricane Gold en By Royal Command) onder de noemer Young Bond, van schrijver Charlie Higson die ook Danger Society: The Young Bond Dossier schreef. In dat boek gaat Higson dieper in op de auto's, wapens, lokaties en andere feiten uit de diverse Bond-romans. Ook bevat het boek het korte verhaal A Hard Man To Kill, die afspeelt tussen Hurricane Gold en By Royal Command.
De erfenis van Fleming.
In 1990 verschijnt de film Spymaker: The Secret Life of Ian Fleming. In de prima tv-film wordt de rol van Ian Fleming vertolkt door Jason Connery, de zoon van de allereerste echte James Bondacteur Sean Connery. In de eveneens aangename oorlogsfilm Age of Heroes uit 2011 zien we meer over de tijd dat Fleming nog actief was bij het Engelse leger en de leiding had over een eigen specialistische eenheid. Net zoals de naam van Gene Roddenberry onlosmakelijk is verbonden met de diverse series van Star Trek, zal de geest van Ian Fleming altijd terug te vinden zijn in de nieuwe Bondfilms.
