Boek: John E. Robison - Ik hield altijd al meer van treinen
Aapjes kijken
Al van kleins af aan heeft John problemen met aansluiting vinden bij zijn leeftijdsgenootjes. Als hij iets verdrietigs hoorde, moest hij bijvoorbeeld grijnzen in plaats van huilen en hij heeft moeite om andere mensen recht aan te kijken. Ook kan hij niet omgaan met namen van mensen die dicht bij hem staan; hij geeft ze zelfverzonnen namen zoals Snort en later Varmint voor zijn jongere broertje Christopher. Omdat er in zijn jeugd weinig bekend was over autisme, werd hij al snel bestempeld als een probleemkind. Hij was uitermate slim en muntte uit in wiskunde en elektrotechniek, maar door zijn verkeerd opgevatte houding verlaat hij de middelbare school toch zonder diploma. Zijn technische kennis brengt hem echter tot een uitdagende baan als technicus bij diverse rockbands en later als deel van een onderzoeksteam bij een bedrijf dat pratend speelgoed produceert. Maar hij wordt altijd gewezen op het feit dat hij zich anders gedraagt als wat de maatschappij wenselijk acht. Robison heeft zich door de jaren heen goed aan weten te passen door de reacties van anderen in zich op te nemen door middel van oorzaak en gevolg te observeren. Tot op een dag een goede vriend hem een boek geeft dat over het syndroom van Asperger, een vorm van autisme, gaat en hem duidelijk wordt waar zijn gedrag vandaan komt.
(Zelf)spot
Ik hield altijd al meer van treinen is geen zwaar boek; de memoires zijn geschreven met een uiterst humoristische en vooral sarcastische pen, die ook de nodige zelfspot bevat. Robison ziet zijn Asperger ook niet als een ziekte, maar als een manier van hoe hij is. Ondanks zijn nare jeugd en al de moeite die hij moet doen om aansluiting te vinden krijg je niet de indruk dat Robison er zwaarmoedig aan terugdenkt. Vooral in de hoofdstukken over zijn tienerjaren komt de lol over zijn streken duidelijk naar voren. Het middenstuk, waarin hij praat over zijn werkervaring voor hij met zijn eigen bedrijf was begonnen, is wel enigszins langdradig en wat teveel gevuld met technische termen. Ook springt hij aan het eind van het boek wat van de hak op de tak. Vooral in het hoofdstuk over zijn vrouw en zoon is te merken dat hij slecht kan praten over mensen die hem na aan het hart liggen. Zo praat hij over zijn zoon alsof hij een dier is en heeft hij het bijvoorbeeld over diens 'pootjes' in plaats van zijn benen. Toch heeft deze man het voor elkaar gekregen een vertederend boek te schrijven en daarbij meer inzicht gegeven in het syndroom van Asperger en hoe het is om daarmee te leven.
In onderstaand filmpje vertelt Robison zelf over zijn leven en zijn boek:
Uitgever: Arena ISBN: 9789069749730 Pagina's: 320
Waardering: