Noorse biatleten winnen mannen- én vrouwenestafettes

In het Zweedse Östersund is de eerste World Cup-week van het biatlonseizoen in volle gang. Woensdag en donderdag stonden de estafettes op het programma, wat bij de vrouwen voor een stuk meer spanning zorgde dan bij de mannen.

Vrouwen
Lou Jeanmonnot begon namens Frankrijk ijzersterk en wisselde als eerste, maar Chloe Chevalier had vervolgens grote moeite op de schietbaan en zakte terug tot plek acht op meer dan twee minuten, voor Justine Braisaz-Bouchet en Julia Simon een onmogelijke opgave: Frankrijk moest het doen met plek vijf, vlak achter Zwitserland.

Na sterke optredens van Marthe Krakstad Johansen en Juni Arnekleiv had Noorwegen de leiding in de wedstrijd, ruim voor het Tsjechië van Tereza Vobornikova en Jessica Jislova. Bij Tsjechië ging het echter fout bij uitgerekend kopvrouw Marketa Davidova, waardoor ze het moesten doen met plek zes. Voorin volgde Elvira Öberg haar Zweedse landgenotes Anna Magnusson en Linn Persson op en dat deed ze geweldig: ze haalde de Noorse Karoline Offigstad Knotten bij en sloeg een gat van dik twintig seconden.

Elvira's oudere zus Hanna Öberg mocht het afmaken en was goed op weg, maar bij de laatste schietbeurt ging het fout. Öberg moest ondanks het gebruik van de extra patronen een strafronde lopen en de Noorse slotloopster Ingrid Landmark Tandrevold kon haar ruimschoots voorbij. Noorwegen pakte zo de winst, Öberg hield Zweden nog op plek twee. Dat scheelde niet veel: na Janina Hettich-Walz, supertalent Selina Grotian en Vanessa Voigt kwam de Duitse slotloopster Franziska Preuss nog tot op zes seconden.

Mannen
De Zwitserse startloper Sebastian Stalder deed het uitstekend en bracht zijn ploeg naar de leiding, maar de rest had simpelweg dat niveau niet en Zwitserland viel terug naar een degelijke zevende plek. Endre Strømsheim had het voor de Noren een beetje lastig en wisselde als zevende, maar Tarjei Bø werkte zijn ploeg naar de leiding - de Duitser Philipp Nawrath, die na David Zobel in actie kwam, volgde hem op de voet.

Tarjei's broer Johannes Thingnes Bø deelde de eerste echt grote klap uit: met indrukwekkend goed schieten en snel langlaufen schudde hij de Duitser Benedikt Doll van zich af. Vetle Sjåstad Christiansen mocht het afmaken en deed dat zonder noemenswaardige problemen, winst voor Noorwegen dus. De op de schietbaan altijd onzekere Johannes Kühn bleek voor Duitsland inderdaad een gevaarlijke factor: door zijn missers kwam de Fransman Quentin Fillon Maillet nog voorbij. Met Eric Perrot, Emilien Jacquelin, Fabien Claude en Fillon Maillet werden de Fransen zo tweede, voor Duitsland.

België sloot de wedstrijd met Florent Claude, Cesar Beauvais, Marek Mackels en Thierry Langer uit op een prima twaalfde plek, waarbij ze alle vier de strafronde wisten te vermijden.