Natuur blijkt gevoeliger voor stikstof, grotere opgave voor natuurherstel

Delen van de Nederlandse natuur blijken nog gevoeliger voor stikstof dan eerder gedacht. Dat blijkt uit een nieuw rapport van Wageningen Environmental Research over de Kritische Depositie Waarden (KDW's) in opdracht van de minister voor Natuur en Stikstof waarin internationaal onderzoek naar Nederland is vertaald. De opgave om de natuur op een gezond niveau te krijgen en wettelijke doelen te halen, wordt daarmee groter.

Minister Christianne van der Wal: “De noodzaak om stikstof te verminderen was al hoog, door de nieuwe wetenschappelijke inzichten is onze opgave helaas groter geworden. Dat is zorgwekkend nieuws voor de natuur en voor iedereen die zo hard werkt aan onze gezamenlijke opgaven om de natuur te herstellen. Het is ook vervelend nieuws voor iedereen die behoefte heeft aan vergunningsruimte. De komende tijd wil ik het RIVM laten onderzoeken welk effect onze huidige inzet heeft om de wettelijke natuurdoelen te halen en wat mogelijk nog aanvullend nodig is”.

De KDW is de wetenschappelijk bepaalde waarde waarboven het risico bestaat dat natuur significante schade lijdt door de invloed van stikstof. Die is per type natuur verschillend. Die waarden worden ongeveer elke tien jaar op Europees niveau geactualiseerd op basis van internationaal onderzoek. Het nieuwe KDW-rapport is een vertaling voor de Nederlandse natuur op basis van het eerdere Europese rapport over de KDW’s dat vorig najaar uitkwam.

Prognoses
De impact van de bijgestelde KDW’s is afhankelijk van de nieuwe waarden en van de actuele depositiecijfers, oftewel hoeveel stikstof er in de praktijk op locatie neerdaalt. Ieder jaar werkt het RIVM deze cijfers bij. Uit de eerste resultaten van de dit jaar door het RIVM doorgevoerde wetenschappelijke inzichten, nieuwe cijfers en metingen blijkt dat ook de totale stikstofdepositie in Nederland hoger is geworden, zowel in de huidige situatie als in de verwachting voor toekomstige jaren. Deze combinatie zorgt ervoor dat meer natuur overbelast is en dat we meer moeten doen om de natuur te herstellen. In welke natuurgebieden dat precies is, wordt nu door het RIVM uitgezocht en zal later dit najaar gepubliceerd worden.

In de Wet stikstofreductie en natuurverbetering (Wsn) is opgenomen dat Nederland voldoende oppervlakte in Natura-2000 gebieden met stikstofgevoelige natuur moet beschermen tegen een overbelasting door stikstofdepositie. De oppervlakte die niet meer overbelast is door stikstof, is volgens het RVM naar verwachting gedaald. In 2025 zou 39 procent van de oppervlakte niet meer overbelast zijn, met de nieuwe cijfers is dat nog 29 procent. In 2030 gaat het om respectievelijk 43 procent wat gedaald is naar 30 procent.

Belangrijke kanttekening hierbij is wel dat recente voorstellen, zoals de uitwerking van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) en de Aanpak Piekbelasting, niet meetellen in deze cijfers. Daarmee zetten we in op het sterk terugbrengen van de overbelasting op de natuur.

Vervolg
De laatste wetenschappelijke inzichten zetten de doelen uit de Wsn om stikstofgevoelige natuur op een gezond niveau te krijgen onder druk. Volgens de Wsn moet in 2025 ten minste 40 procent van de stikstofgevoelige natuur op een gezond niveau zijn. De minister van Natuur en Stikstof laat het RIVM onderzoeken welk effect het huidige beleid nog kan hebben. Daarnaast kijken we samen met provincies wat dit betekent voor de gebiedsprocessen en de vergunningverlening voor PAS-melders, woningbouw, de energietransitie, infrastructuur, defensie en andere projecten van groot belang. Het kabinet blijft het van groot belang vinden dat de toestemmingverlening, binnen de kaders van de wet, zoveel mogelijk doorgang kan vinden en blijft daarom inzetten op het verminderen van de stikstofuitstoot en het verbeteren van het stelsel van toestemmingverlening.

De grote fluctuatie in de cijfers laat zien dat het lastig sturen is op een maatstaf als de KDW die met nieuwe inzichten verandert. De minister voor Natuur en Stikstof vindt het daarom van belang dat het onderzoek naar een alternatief voor de KDW als omgevingswaarde in de wet doorloopt. Van deze verkenning is de eerste fase recent afgerond. In het vervolg wordt de komende maanden een haalbaarheidsonderzoek gedaan, waarin wordt onderzocht of een alternatief ecologisch effectief, juridisch houdbaar en uitvoerbaar is.