Militairen naar Noord-Irak en Mali

100 tot 150 militairen gaan in Noord-Irak de internationale luchthaven van Erbil beveiligen. In Mali zal een C-130-transportvliegtuig met bemanning en ondersteunend personeel de Minusma-missie versterken. Dat heeft de ministerraad vandaag besloten.

Na trainingen aan Koerdische strijdkrachten, schakelt de anti-ISIS-coalitie over op het adviseren van regionale militaire autoriteiten. Die taak staat vanaf volgend jaar onder Nederlandse leiding. Het is de bedoeling dat Irak terreurorganisatie ISIS op termijn zelf bestrijdt.

De coalitie opereert voor een belangrijk deel vanaf Erbil. De Nederlandse force protection beschermt daar samen met de Verenigde Staten personeel en materieel. De 1e militairen vertrekken naar verwachting begin januari.

Minister Ank Bijleveld-Schouten: “ISIS vormt nog altijd een bron van instabiliteit aan de randen van Europa. Na het verlies van het kalifaat in maart 2019 ging de terreurorganisatie in Irak en Syrië over tot een ondergrondse guerrillastrijd. ISIS pleegt maandelijks tientallen aanslagen tegen de Iraakse overheid, veiligheidstroepen en bevolking.”

Mali
De nieuwe bijdrage in Mali sluit aan op de bestaande Nederlandse inzet in het West-Afrikaanse land en in de Sahel. Daar verslechtert de veiligheids- en humanitaire situatie. Met deze schaarse transportcapaciteit ondersteunt Nederland de missie op logistiek gebied.

De inzet van het C-130-transportvliegtuig gebeurt in rotatieverband met Noorwegen, Denemarken en Portugal. Naar verwachting levert Nederland het toestel vanaf november 2021 voor een periode van 6 maanden. Bemanning en ondersteunend personeel bestaat naar schatting uit 70 tot 130 militairen.