Stropers doden zeldzame witte neushoorns
In het nationale park Garamba in Congo hebben stropers enkele van de laatste witte neushoorns gedood. Op dit moment zouden er waarschijnlijk nog maar 25 van deze dieren in leven zijn. Volgens de parkbeheerder zijn de stropers afkomstig uit Sudan.
Het park is een groot gebied van savanne en bossen waarin naast de witte neushoorn ook andere bijzondere diersoorten zoals de Afrikaanse bos-olifant, nijlpaarden, buffalo's en chimpansees leven.
"Het is de eerste keer dat ze Garamba binnen zijn gegaan. Als we geen hulp krijgen, verliezen we de laatste witte neushoorns", aldus parkbeheerder Kes Hillman-Smith. De witte neushoorn leefde ooit ook in Zuid-Afrika en Uganda, maar komt daar inmiddels niet meer in het wild voor.
Bij de laatste telling, in april 2003, waren er nog dertig van deze bijzondere diersoort. Sindsdien zijn er zeker zes gedood en vier geboren. De stropers hebben het niet alleen op de witte neushoorn voorzien, maar hebben de afgelopen tijd ook al duizend van de 7000 Afrikaanse olifanten doodgeschoten. Afgelopen maand alleen al werden twee dode neushoorns en twaalf olifanten gevonden. "Ik weet niet hoeveel neushoorns nog leven of zijn gestorven, maar ik ben behoorlijk bezorgd."
De stropers doden de beesten vanwege het ivoor. Ondanks een internationaal verbod op de handel in ivoor zijn stropers nog steeds hard op zoek naar het 'witte goud', dat vooral nog verhandeld wordt in Jemen.
