Deze column gaat u geld kosten. Heel veel geld!

Deze column gaat u geld kosten! Als u tenminste verder leest dan deze eerste paragraaf. Dit is maar het lokkertje.
De rest is keihard werk. Of dacht u dat dit vanzelf op internet terechtkomt? Neen! Het volgende stuk proza is het resultaat van bloed, zweet en tranen. En daar mag voor worden betaald!

Voor de duidelijkheid: dit was dus gratis. De rest kost geld!

Ik heb het eerder gedaan. Geld gevraagd in een column. En ik kreeg het nog ook!
Ik gaf mijn rekeningnummer. Ik vroeg kleine bedragen en stelde voor om als kenmerk “Omdat je het vroeg” op te geven. Het resultaat was ruim tweehonderd euro aan kleine en grotere stortingen. En een prachtig bankafschrift: drie pagina’s vol met het kenmerk “Omdat je het vroeg”.
Ik deed dit overigens omdat ik krap bij kas zat in de dure decembermaand, waarin ook mijn zoon jarig was. Het geld was goed besteed. Ook was het de eerste keer dat ik met tranen van dankbaarheid mijn bankafschriften heb bekeken.

Nu opnieuw. Hetzelfde principe, met een andere motivatie. Ik vraag weer geld. Alleen niet omdat ik het keihard nodig heb, maar omdat ik me dood erger aan al die broodschrijvers die voor lulkoek betaald krijgen, terwijl ik me hier gratis het eelt op mijn vingers tik om nog een beetje kwaliteit en nuancering aan te brengen in die modderstroom aan betaalde onzin en waanzin!

Inmiddels loopt de teller. Zeg niet dat ik u niet heb gewaarschuwd!

Als ergens een klein meisje wordt ontvoerd staat er voor een kapitaal aan journalisten met laptops, camera’s en zendapparatuur op de stoep bij haar pa en ma, om een paar dagen lang te melden dat er nog niets bekend is of om de laatste roddels van de buren door te geven.
Als een klein jongetje als enige een vliegramp overleeft, strijden die ratten om de eerste beelden van dat jongetje in een ziekenhuisbed, in de woestijn van fucking Libië!
Een foto van een Bekende Nederlander in een foute zwembroek brengt een paar honderd euro op. Een verzonnen interview is goed voor een dubbele oplage van een louche weekblad. Zogenaamde bewijzen van pissige ex-partners worden door zogenaamde kwaliteitskranten als basis gebruikt om politici zwart te maken.
Google en Wikipedia worden tegenwoordig als ijking van de waarheid gebruikt. Een beetje beroeps-stukjes-schrijver is eerst een paar uur aan het surfen op het net, voor hij uit zijn luie bureaustoel flikkert om eens wat te checken.
En nu dat circus in Oostenrijk! Een zooitje rioolratten plakt er een stukje skiën op kosten van de baas aan vast, om af en toe in een camera te roepen dat er geen nieuws is!
En echt: allemaal worden ze hier dik voor betaald!

Mijn column van afgelopen zondag scoorde bijna 8600 hits (and stil counting). Als ik voor iedere hit een dubbeltje had ontvangen, had ik nu een kekke laptop kunnen kopen. Of nee! Een fiets! Dat lijkt me een strakker plan! Vanwege dat minder strakke lijf van mij. Of een hometrainer waar ik mijn huidige laptop op vast kan spijkeren? Verkopen ze ook hometrainers mét laptop? Nou ja. Voor geld is natuurlijk alles te koop. Voor 8500 euro heb je tegenwoordig al een geinige auto. Met radio en Bluetooth. Zo’n boordcomputer is al een halve laptop!

Ik dwaal af! Ik wil u laten betalen!

Geef toe. Dit was een geinig stukje tekst, waar ik u als lezer een paar minuten mee heb vermaakt. En als u op de links hebt geklikt en mijn andere columns hebt gelezen, heb ik u zomaar een kwartier zoet weten te houden. Ik heb niks gelogen of verzonnen en enkel mijn eerlijke mening gegeven.
Als u later vandaag toch nog gaat internetbankieren, is een minuutje extra voldoende om deze columnist een beetje blij te maken. Gewoon onderstaande gegevens knippen en plakken en meesturen met alle andere, véél grotere rekeningen.

Mijn rekeningnummer: 6025650
Mijn naam: Thako van den Heuvel
Het kenmerk: ‘Een paar centen voor 715 woorden’

Wat het u gaat kosten? Zoals ik al eerder schreef: een dubbeltje. Een paar dubbeltjes. Een euro. Een paar euro? Het is maar wat het u waard is om mijn gezever te lezen in plaats van de onzin van de betaalde pers te blijven slikken.

Het is maar een vraag. Ik stel geen eisen.